Jaarboek 1988-1989 - pagina 124

me wetenschappelijk onderwijs en de stimulering en begeleiding van wetenschappelijk onderzoek. Niet minder dan 24 proefschriften op zeer uiteenlopende terreinen werden onder zijn leiding bewerkt. Met zijn grote scherpzinnigheid en kennis, zijn brede belangstelling en zijn precies gevoel voor een harmonieuze verhouding van traditie en vernieuwing heeft hij velen geïnspireerd, zonder school te maken in de gebruikelijke zin van het woord. Studenten vormde hij niet naar één patroon, hij daagde hen uit om zich te ontwikkelen naar het maximum van hun specifieke talenten. Op 15 november 1975 werd zijn 25-jarig ambtsjubileum gevierd als hoogleraar met een bundel opstellen over eschatologie, apocalyptiek en ethiek met als titel Ad Interim. Twee jaar later, op 11 november 1977, nam hij afscheid als hoogleraar. Hij had zich van de jaren daarna veel voorgesteld, maar de concentratie en werkkracht die wetenschappelijk werk vergt, kon hij niet meer opbrengen. Hij genoot van het buitenleven in de Vinkenbuurt, las nog alles wat hij gewend was te lezen en kon daar in gesprekken helder en scherp als altijd de vruchten van doorgeven, totdat in de loop van de jaren zijn eigen verslechterende gezondheid, de ziekte en het sterven van zijn echtgenote de neergang brachten. In de laatste jaren van zijn leven namen zijn krachten allengs af en ging zijn geest vaak onnavolgbare wegen. Wie hem bezocht, zag nog maar zelden de oude Schippers. Sedert 4 mei 1989 zijn ook die ogenblikken voorbij. S.J. Noorda

122

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen