1948 Geloof en Wetenschap : Orgaan van de Christelijke vereeniging van natuur- en geneeskundigen in Nederland - pagina 146

138 wereld een auteur te noemen die het werk van J e a n s op dezelfde geniale wijze zal kunnen voortzetten. Eerst enige biografische bijzonderheden. J a m e s H o p w o o d J e a n s werd 11 September 1877 te Ormskirk, bij Southport, geboren als zoon van W i l l i a m T u l l o c k J e a n s , een parlementair journalist. Hij kwam uit een klein gezin, want hij had alleen twee jongere zusters. J^ls jongen toonde J a m e s al een bijzondere belangstelling voor cijfers. Men verhaalt, dat hij op 7-jarige leeftijd zijn vaders logarithmentafel in handen kreeg en toen, hoewel hij de betekenis van deze getallenrijen niet begreep, de eerste twintig logarithmen vai buiten leerde — hij onthield ze tot het einde van zijn leven. De jonge J e a n s was ook erg geïnteresseerd voor klokken: toen hij 9 jaar oud was, schreef hij een boekje: ,,Klokken door J. J e a n s". In 1896 ging J a m e s J e a n s naar Trinity College in Cambridge, waar hij wiskunde studeerde. Daarnaast had ook de natuurkunde zijn belangstelling. Zo werkte hij een tijd in het Cavendish Laboratory. In 1900 ontving J e a n s een onderscheiding in de vorm van de Smith's Prize en in 1901 werd hij gekozen als Fellow of Trinity. In deze tijd had hij een zwakke gezondheid: hij moest een tijd in sanatoria doorbrengen, omdat hij aan gewrichtstuberculose leed. Maar van deze ziekte herstelde hij volkomen. In 1904 werd J e a n s lector voor wiskunde in Cambridge en van 1905^—1909 was hij hoogleraar in de toegepaste wiskunde in Princeton. Kort daarna, in 1910, keerde hij naar Cambridge terug, nu als „Stokes lecturer". Maar reeds in 1912 nam J e a n s ontslag uit deze functie en daarna heeft hij geen universitair ambt meer bekleed. W e l werd hij voor het jaar 1935 gekozen als professor voor sterrenkunde van de Royal Institution en van jaar tot jaar als zodanig herkozen, totdat hij in 1946 om gezondheidsredenen voor deze positie bedankte. J e a n s werd in 1906 benoemd tot lid van de Royal Society, een bijzondere onderscheiding voor iemand van 28 jaar. De Society's Royal Medal ontving hij in 1919. Tal van onderscheidingen vielen hem daarna nog ten deel. Daartoe kan men ook rekenen de benoeming tot Research Associate van het Mount Wilson O b servatory, in 1923. Van 1925 tot 1927 was hij president van de Royal Astronomical Society. In 1928 werd J e a n s in de adelstand verheven en in 1939 ontving hij de buitengewoon hoge onderscheiding van de Order of Merit. W a t zijn persoonlijk leven 'betreft willen we nog vermelden, dat J e a n s in 1907 huwde met C h a r l o t t e T i f f a n y Mitc h e l l . Zij overleed in 1934 en liet hem één dochter na. In 1935 trouwde hij voor de tweede maal, nu met S u z a n n e H o c k , een uit Praag afkomstige dame. De eerste Lady J e a n s had enige reputatie als dichteres, de tweede Lady J e a n s was concert-

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen