GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

1959 Geloof en Wetenschap : Orgaan van de Christelijke vereeniging van natuur- en geneeskundigen in Nederland - pagina 16

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

4

R. VEDDER

het kind zijn invloed doen gelden. Van de betekenis van een goede moeder-kindrelatie voor de geestelijke ontplooiing van het kind zijn vi'ij de laatste decenniën wel zeer doordrongen geraakt en dat deze relatie bij het kind met belangrijke gehoorstoornissen verarmd, schraler moet zijn, dan bij het kind dat ook de moeder hoort, mogen wij wel aannemen. Daarbij komt, dat het niet alleen het geluid van de stem is, dat van betekenis is, maar ook de wijze, waarop de moeder het kind regelmatig toespreekt. Door middel van haar stem openbaart zij haar gevoelsinstelling t.o.v. het kind en het is via het gehoor, dat het gevoelsleven van het kind tot ontwikkeling wordt gebracht. Alleen langs de weg van het gehoor kan men de diepste impressie op het menselijk gemoed maken. Wat men visueel waarneemt dringt veel minder diep door, dan hetgeen men hoort, speciaal dan wanneer het gaat om de openbaring van datgene wat er in de mens omgaat. Prof. Buytendijk 6) formuleert het zo: „in het bijzonder verschijnt ons in het geluid het innerlijk van mens en dier". In het geluid van de stem openbaart zich angst, woede, ingehouden emotie, onzekerheid, maar ook warmte, tederheid, gevoeligheid. Met de stem kan men slaan, maar ook strelen. Aan al deze gevoelsimpressies heeft het dove kind geen deel. Maar het leeft ook buiten de wereld van de muzikale indrukken, de wereld van rythme en melodie. In het bijzonder het rythmische geluid heeft een grote invloed op het gevoelsleven. Het kan opzwepend werken, zoals bij de spreekkoren, maar ook ontspannend zoals b.v. in het wiegeliedje. Al deze voor het gevoelsleven zo belangrijke indrukken ondergaat het dove kind niet. Geen wonder dus, dat wij bij het dove kind een zekere gevoelsarmoede constateren. De gevoelens van het dove kind gaan niet diep, ze zijn weinig genuanceerd. In hun beoordeling hanteren de doven een zwart-wit schema. Men moet ook niet vergeten, dat wil men op het dove kind een gevoelsimpressie maken, men overdreven expressief moet zijn. Men kan b.v. een doof kind, dat verkeerd heeft gedaan, niet door een vertrouwelijk gesprek „op zijn gemoed werken". Een ander punt vraagt onze aandacht, n.l. dat door het geluid onze wereld wordt verruimd en ons gevoel van veiligheid wordt verhoogd. We kunnen alleen maar zien hetgeen vóór ons is, maar horen ook wat achter ons is. Onze blik is vaak beperkt door allerlei obstakels, die verder zien belemmeren, maar het geluid wordt daardoor niet tegen-

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1959

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 295 Pagina's

1959 Geloof en Wetenschap : Orgaan van de Christelijke vereeniging van natuur- en geneeskundigen in Nederland - pagina 16

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1959

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 295 Pagina's