Voor bepaalde tijd. Lustrumboekje Faculteit der Letteren 2005 - pagina 22

Voor bepaalde tijd

voor psychologie, filosofie en andere opleidingen die toentertijd

ook onder de paraplu van 'letteren' sciiuilden, wil ik verder buiten

beschouwing laten.

Zoals uit het stuk van 1947 blijkt, wenste de Faculteit niet alleen

een lector of buitengewoon hoogleraar voor Algemene Taalweten-

schap - het vak verdiende vanwege de groeiende omvang als ook

"wegen het nauwer verband met de Gereformeerde beginselen

afzonderlijke diepgaande beoefening". Bij klassieke talen was drin-

gend behoefte aan een docent in de archeologie en een leerstoel

geschiedenis der oudheid en voor de afdeling geschiedenis stond

een hoogleraarschap economische geschiedenis op het verlang-

lijstje. Daarnaast werd een leerstoel aardrijkskunde bepleit en een

aparte leeropdracht voor Arabisch. Met het oog op de 'Zending'

zou een opleiding Indonesische Taal- en Letterkunde gewenst

zijn, zo meende men, maar deze suggestie behoort tot de diverse

vota die - gelukkig? - p\a zijn gebleven. Dat had mede te maken

met het gebrek aan geschikte kandidaten: te benoemen docenten

moesten niet alleen vakinhoudelijk bekwaam zijn, maar ook de

"Gereformeerde beginselen" van de Vrije Universiteit onderschrij-

ven. En aan die laatste eis werd zeker in de jaren vijftig stevig vast-

gehouden: dat knelde soms. Ik geef een enkel voorbeeld.

Vanuit Friese kring was er vanaf 1928 actie gevoerd om een leer-

stoel Fries aan de VU in te stellen. Een mogelijke kandidaat voor

benoeming was dr.J. Haantjes (1890-1956), in de jaren 1925-1930

'reader' Nederlandse taal en letterkunde in Londen en in 1929 ge-

promoveerd op een Fries onderwerp. Volgens sommige bronnen

beslist een capabel man. H/laar in een facultair rapport over hem

staat te lezen dat het vermoeden bestond "dat dn H. - hoewel hij

van Christelijke levensovertuiging is - met den grondslag onzer

Universiteit niet instemt. Tot klaarheid konden wij dienaangaande

echter nog niet komen". In zijn richting werden geen verdere stap-

pen ondernomen.

In 1948 komt Haantjes opnieuw ter sprake in verband met de in te

stellen (buitengewone) leerstoel Fries. Van hem wordt - wederom

fA - opgemerkt dat hij niet de "Gereformeerde beginselen" is toege-

daan. Nummer een op de voordracht wordt dan dr. Klaas Fokkema,

16

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Terug naar resultaten Printen