Een handvol filosofen - pagina 310
Geschiedenis van de filosofiebeoefening aan de Vrije Universiteit in Amsterdam van 1880 tot 2012
3o6 V E Vak filosofisch e richtingen
oorlogse generatie psychologen zich
hoofdzakelijk inspireren door de positi-
vistisch georiënteerde, empirische psy-
chologiebeoefening in Noord-Amerika.
Deze psychologen beschouwden het
theoretisch-filosofisch onderzoek naar
de grondslagen van hun wetenschap
'als een bron van zinloze kwasi-weten-
schappelijke uitspraken'.'*^ Sinds haar
oprichting was aan de Vrije Universiteit
de problematiek van wereldbeschou-
wing (geloof) en wetenschap echter een
centraal thema. Hoewel in de jaren
zestig ook aan de Vrije Universiteit
verscheidene psychologen zich in hun
werk concentreerden op empirisch on-
derzoek en zich aan de filosofie weinig
gelegen lieten liggen, stemden zij ermee
in dat de bestudering van het thema 'ge-
loof en wetenschap' een plaats behoorde
te hebben aan de Vrije Universiteit.
De uitbreiding van Sanders' leerop-
dracht in 1974 met de wijsbegeerte van
de psychologie viel in een periode waarin de positivistische wetenschapsbeoefening
onder kritiek werd gesteld en wetenschapsfilosofische discussies oplaaiden. In deze
discussies kwamen vragen over methodologische, morele en antropologische kwes-
ties aan de orde - vragen die betrekking hadden op de relatie tussen psychologie en
filosofie en die ook de psychologen aan de Vrije Universiteit als relevant beschouw-
den.
Dat de wijsbegeerte van de psychologie aan Sanders' leeropdracht werd toege-
voegd, was te danken aan de filosofische competentie die hij in zijn werk als psy-
choloog had getoond. In 1972 had hij een lijvig boek gepubliceerd over De behavio-
ristische revolutie m de psychologie, waarin hij zich had bewezen als een kenner van
filosofische achtergronden van psychologische theorieën. In latere publicaties zou
hij zijn vakfilosofische competentie bevestigen met boeken over het grondslagenon-
derzoek, de methodologie en filosofie van de psychologie.'^
Zo werden in zijn Inleiding in de grondslagen van de psychologie, die hij met zijn
medewerkers Eisenga en Van Rappard schreef, fundamenteel-methodologische vra-
gen van de psychologie behandeld. Zij verdedigden dat een empirische wetenschap
als de psychologie moest werken met zo exact mogelijke definities om te komen tot
een samenstel van causale verbanden binnen een bepaald ordeningskader. Met be-
36 Sanders, De propedeutische taak van de meta-theoretische psychologie^ p 4
37 Zie C. Sanders, L K A Eisenga, J F H van Rappard, Inleiding in de grondslagen van de psychologie (De-
venter, 197e), C. Sanders en J F H. van Rappard, Tussen ontwerp en werkelijkheid Een visie op de psychologie
(Meppel/Amsterdam, 1982), C Sanders en J F H van Rappard, Filosofie van de psychologische wetenschappen
(Leiden, 1987) en C Sanders, H F. de Wit en H. Looren de Jong, De cognitieve revolutie in de psychologie
(Kampen, 1989)
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 2013
Publicaties VU-geschiedenis | 548 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 2013
Publicaties VU-geschiedenis | 548 Pagina's