Een handvol filosofen - pagina 443

I Sociaal-culturele en politieke filosofie 439

den onder schendingen van mens-

rechten schreeuwt om een oplossing.

Indien deze schreeuw niet wordt ge-

negeerd, maar tot een positieve poli-

tieke beslissing leidt, dan heeft zo'n

beslissing een universele strekking:

deze beslissing is een antwoord op

het lijden in een concrete situatie en

overstijgt deze situatie tegelijkertijd,

omdat zij in principe ook op verge-

lijkbare situaties van toepassing kan

en behoort te zijn. Het universele

staat niet tegenover concrete situa-

ties, maar: 'Het universele manifes-

teert zich in bepaalde maatregelen

betreffende konkrete situaties en be-

wijst zichzelf door de toepasbaar-

heid in die situaties en in vergelijkba-

re konkrete situaties'.^'

De 'ethische intenties' van mense-

lijk lijden onder schending van men-

senrechten en de daarop volgende

positieve beslissingen openbaren

iets van de 'normatief-objectieve di-

mensie' van de werkelijkheid of van

de zin, casu quo ontaarding van zin

van bepaalde situaties. Deze dimensie kan slechts worden geduid, maar vraagt deson-

danks om een poging tot redelijke verwoording die vervolgens leidt tot het spreken

over universele ideeën van humaniteit en rechtvaardigheid. De aan deze ideeén gege-

ven interpretaties en formuleringen van mensenrechten zijn ^tn a priori's. Die nor-

men en formuleringen bestaan a posteriori: ze zijn achteraf ontdekt, het vertrekpunt

nemend in concrete maatschappelijke en politieke contexten.^'" Deze formuleringen

van mensenrechten kunnen een basis vormen voor internationaal overleg. Aan het

eind van zijn rede kwam Woldring dan ook tot de conclusie 'dat vanuit de konkrete

ervaring van het negatieve of anti-normatieve, het positieve of normatieve in formu-

leringen en in politieke beslissingen gestalte kan krijgen. In die positieve beslissingen

en in een daarop gericht buitenlands beleid ligt een reéle bijdrage aan de vrede beslo-

ten'."'

Hendrik Egbert Sipke Woldring, geboren op 25 juli 1943 in Leeuwarden, ging na

de ulo en het eindexamen hbs-A in 1962 sociologie studeren aan de universiteit in

Groningen. In de loop van zijn studie raakte hij geboeid door de colleges en boeken

van prof.dr. P.J. Bouman, hoogleraar theoretische en cultuursociologie. Later droe-

gen ook persoonlijke gesprekken met Bouman ertoe bij dat hij deze hoogleraar als

25 'Woldüng, Mensenrechten, p. 46.

26 Woldrmg, Mensenrechten, p. 46.

27 Woldrmg, Mensenrechten, p. 47.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen