GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Overlevering en kritiek - pagina 15

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Overlevering en kritiek - pagina 15

Rede, gehouden bij het overdragen van het rectoraat der Vrije Universiteit

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

OVERLEVERING EN K R I T I E K .

II

autoriteit der overlevering de echtheid van een geschrift niet boven hunnen twijfel verheft. Zullen we daar nu tegenover stellen eene overlevering geheel ongeschonden en vrij van alle fouten en dwalingen ? Om de waarheid te zeggen M. H., ik geloof niet dat er iemand bestaat, onder hen met wie een philoloog disputeert, die zulk eene absoluut zuivere overlevering aanneemt; hij zal wel het product van de scheppende fantasie van een criticus zijn. i) De philoiogische kritiek behoeft haar recht van bestaan niet te bepleiten; slechts daarvoor heeft ze te waken, dat ze niet zelf, door meer te willen dan zij kan, door te heerschen buiten haar eigen gebied, in opgeblazenheid vervalle, zich van haar rechtmatigen invloed beroove. Ze moet bescheiden leeren zijn en niet de rol van schrijver willen vervullen, terwijl ze slechts corrector is, ze mag alleen de fouten verbeteren, die de zetter gemaakt heeft. We gaan dus om de overlevering te leeren kennen niet af op den indruk, dien de critici, uit overdreven ijver voor hunne taak, op ons willen maken, maar wij vragen in de eerste plaats naar de mate van betrouwbaarheid der overlevering in het algemeen; want wel zal het antwoord op deze vraag niet beslissen voor ieder overgeleverd werk in het bijzonder, maar het maakt toch natuurlijk een groot verschil of ik mij in een gezelschap van eerlijke lieden bevind en daar eene mededeeling hoor, of in een gezelschap van bedriegers ; of ik moet beginnen met mijn vertrouwen te schenken of wel altijd eerst moet wantrouwen. Wanneer nu de vraag aldus gesteld wordt, dan beweer ik, dat uit den aard en het doel der overlevering, uit de wijze, waarop zij plaats vond en uit het overgeleverde zelf met genoegzame zekerheid blijkt, dat de overlevering in het algemeen zeer betrouwbaar is, zooals ik in 't kort ga aantoonen. Het is daarbij mijn doel niet U te b e w ij z e n, dat de overlevering betrouwbaar is ; immers op die onderstelling is de philologie gebouwd, daarvan gaat zij uit als van zelf sprekende. Ik wil alleen-

i) Cobet 1.1. pag. X X I I I : „Operam dedi ut omnibus modis eorum refutarem ineptam opinionem et fere superstitionem, qui vetustissimos libros, membranas veterrimas, venerandas antiquissimae aetatis reliquias, inepti credunt aut integerrimos esse et emendatissimos, aut adeo omni vitio et errore vacuos."

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 20 oktober 1886

Rectorale redes | 68 Pagina's

Overlevering en kritiek - pagina 15

Bekijk de hele uitgave van woensdag 20 oktober 1886

Rectorale redes | 68 Pagina's