De ethiek in de gereformeerde theologie - pagina 81
Rede bij de overdracht van het rectoraat der Vrije Universiteit te Amsterdam
70 zoover zij door hen die met het geloof aan de Schrift hebben gebroken wordt beoefend, openbaren zich bij allen uitwendigen welstand bedenkelijke teekenen. Ik bedoel, wat ten onzent zoo juist genoemd is „de ontkenning der moraal" ^). Een verschijnsel op het gebied der ethica, eigen aan die perioden in het menschelijk denken, waarin het oude voorbijgaat en onder barensweeën het nieuwe geboren wordt. Ik denk hier aan onze geestelijke voorouders, aan de G r i e k e n , die in de S o p h i s t e n , de latere A k a d e mi ei en de S c e p t i c i hun perioden van moraalsceiDticisme hebben gehad. Evenwel zoo schaamteloos als het zich thans onder ons vertoont, zoodat het eer ontkenning dan scepticisme mag heeten, heeft de wereld het, behalve dan onder de „minderwaardigen", nooit aanschouwd.
Nadat
toch KASPAR ScHMiirr onder het pseudoniem M a x S t i r n e r in 1844 was voorgegaan, is de wijsgeer NIETSCHE hierin gevolgd, en druppelt de tooneelschrijver IBSEN dit zedelijk vergif in het argeloos publiek dat onze schouwburgen bezoekt. Bittere ironie van de historie, neen rechtmatig oordeel Gods over een geslacht dat begint met de plichten jegens God te ontkennen, om zooveel te sterker met de plichten jegens den naaste, met het altruïsme te dwepen, en dan, na ook die te ontkennen en spottend van „een pliclit jegens zich zelf" te spreken, te eindigen met de negatie van alle zedelijkheid, in dat egoïsme dat gansch jets .anders is dan de zelfliefde die JEZUS als maatstaf voor de naastenliefde stelt. Waar nu onze Universiteit met haar arbeid, gelijk zij in enkele publieke geschriften van sommigen mijner ambtgenooten reeds toonde, onder meer bedoelt tot een Gereformeerde philosophie te komen, die ook daarin Gereformeerd wil zijn, dat zij van God uitgaat, daar acht ik dat de beoefening der ethiek in de Theologie voor de beoefening der ethiek in deze philosophie vruchtbaar kan worden, door haar hare resultaten te bieden en te doen zien, wat van de ethiek die aan Gods Woord zich bindt, kan worden.
i -v'»'' i'W
Maar niet slechts voor de wetenschap, ook voor het leven verwacht ik vruchten van deze beoefening der ethiek. Ik denk daarbij allereerst wel aan het leven van hen, die met ons de Gereformeerde beginselen deelen.
Staat eenheid van beginsel aan de
verscheidenheid van levensuiting niet in den weg, toch is er, ik zeg niet
]) Onder dezen titel verscheen in 1896 een wjjsgeerig-letterlcundige studie door Dr, G. J, JELQERSMA, thans privaat-docent in de psychologie aan de Stedelijlce Universiteit,
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 20 oktober 1897
Rectorale redes | 92 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van woensdag 20 oktober 1897
Rectorale redes | 92 Pagina's