GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

UIT DE SCHRIFT

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

UIT DE SCHRIFT

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Brengt dan vruchten voort, der bekeering waardig.... En zie, een stem uit de hemelen, zeggende: Deze is Mijn Zoon, Mijn Geliefde, in Wien Ik Mijn welbehagen heb. Matth. 3: 8 en 17.

Myn Zoon, Mijn Geliefde, in Wien Ik Mijn welbeliagan tiel).

„Het geloof zonder de werken is dood." Dat wist Johannes de Dooper reeds. Velen kwamen lot zijn doop, den doop der bekeering. Ze zeiden daarmee „neen" tot hun vroeger leven, maai' moesten dan ook „ja" zeggen op Gods eisch. Zij, die Vi'oeger meenden er te zijn — waren ze niet Abrahams zaad? — betuigden nü, er niet te zijn, buitengesloten te zijn, vergeving te behoeven; z© erkenden, 't zelf niet te kunnen, dat Gods genade 't moest doen. En die genade riepen ze over zich in. Maar die bekeering, dat anders gaan denken (omdat het hart was omgezet) moest dan ook uitkomen in een ander leven, in vruchten der bekeering waardig!

Vandaag is 't niet anders.

Afzien van zichzelf, zijn eigen leven verliezen, zien op Christus, van Hem alles verwachten, 't moet blijken in een nieuw leven; de rank moet vruchten dragen; dat is de eer van den wijnstok, van Christus. Dien eisch te stellen, en te zeggen, dat die eisch, schoon gebrekkig, door Gods kinderen opgevolgd wordt, is geen neo-calvinislische hoogmoed, doch gehoorzaamheid aan en gcloovig aanvaarden van het Woord. Brengt dan vruchten voort, der bekeering waardig!

Maar ook voor dien eisch zien we allereerst op Christus, niet op onszelf, doch op Christus.

Ook Hij moest vruchten voortbrengen.

De lijnen der Schriftopenbaring, waarmee Zijn God tot Hem kwam, had Hij zien uitloopen op het Messiaansche ambt. En in geloovig aangrijpen van Gods openbaring was Hij gekomen tot het Messiaansch bewustzijn; in gehoorzaamheid aan die openbaring had Hij aanvaard het Middel aars^ ambt: Hij was gekomen tot den doop. Maar dan moet Hij nu ook vruchten dragen! Alles volbrengen, wat den Middelaar als eiscih is gesteld. En dat is zeer veel: Gofde vruchten dragen, als Profeet, Priester en Koning het heil voor Zijn volk verwerven en uitdeelen.

Maar hoort, nu spreekt God!

Is in Jezus' ziel, door het geloovig bezig zijn met de openbaring, het bewustzijn van Zijn Messiaansche roeping gerijpt, God uit den hemel ant- •woordt Hem, geeft Hem getuigenis, bevestigt, wat Jezus, al zoekendj vond: „Deze is Mijn Zoon, mijn Geliefde, in Wien Ik Mijn welbehagen heb". God hecht daarmee Zijn goedkeuring aan dit moment, waarop Hij Zich doopen laat; spreekt Zijn welbehagen uit over dit oogenblik, waarop Hij ten volle Zich buigt onder den zondelast van Zijn volk.

Doch God doet veel meer. 'Zou God ooit bij één oogenblik blijven staan? i) In Zijn gansche ambtsbediening is Jezus Zijn Zoon, Zijn Geliefde! Nu reeds hecht God daaraan Zijn Goddelijke goedkeuring. Die bediening zal volkomen zijn. Voortdurend zal de Vader er Zich in verlustigen!

En ook den inhoud van den ambtelij ken dienst wijst God aan. Jezus Christus leefde bij het Wioord! Dus hoorde Hij, in wat God zeide, het Oude Testament (vs. 17 is een verbinding van Jes. 42:1 en Ps. 2:7). God wijist Hem liier aan als den Knecht des Heeren uit Jesaja, dus als den Profeet, Die is gezalfd om een blijde boodschap te brengen aan de zachtmoedigen, als den Priester, op Wien de HEERE onzer aller ongerechtigheid doet aanloopen; God zegt van Hem: Hij is Mijn Zoon, den Oiver Sion gezalfden Koning uil: Psalm 2, Die volkomen zal triumfeeren. En van al dien ambtelij ken dienst spreekt de Heere 't reeds uit: daarin is Hij Mijn geliefde. Wiens werk volkomen zal zijn, van 't begin tot het einde.

Is dat voor Christus geen sterke troost?

Hij moet nu vruchten dragen. Maai- ze zullen er zijn, alle, want Hij is de Geliefde, de Zoon, Zelf God!

Is dat ook voor mij geen uitnemende troost?

Hij heeft nu vruchten gedragen, ja. Hij draagt ze nu nog. Immer is 's Vaders welbehagen over Hem en over Zijn werk. Maar dan liggen de vruchten, die ik moet voortbrengen, vast in Hem! Dan mag ik voor den eisch om vruchten te dragen, geloovig zien op Hem! Dan ga ik ook — de vastheid in Hem drijft me daartoe — dan ga ik ook ATuchten dragen, der bekieering waardig.

En dan: hierin wordt de Vader verheerlijkt, dat Hij in mij en ik in Hem veel ^'mcht draag!


1) Blijkens de werkwoordstijden in 't Grieksch doelt het „welgevallen hebben" allereerst op 't oogenblik, dit bepaalde oogenblik, terwijl in het „Mijn Geliefde" het voortdurende van de liefde ligt opgesloten.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 29 januari 1937

De Reformatie | 8 Pagina's

UIT DE SCHRIFT

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 29 januari 1937

De Reformatie | 8 Pagina's