GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

POPULAIR-WETENSCHAPPELIJKE SCHEISEN

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

POPULAIR-WETENSCHAPPELIJKE SCHEISEN

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Elia's eerste optreden.

De geschiedenis van Elia begint in d'e Heilige Schrift bijzonder abrupt, i) Hij Icomt te voorschijn „einem Blitz aus heiterem Himmel gleich". ^) Men zou verwachten, dat er eerst sprake was van een Woord' des Heeren, dat tot hem Iswam. Maar dat is niet het geval. Üit het duister treedt' Elia opeens naar voren en kondigt Achab het oordeel aan: Zoo waarachtig als de Heere, de God Israels leeft, voor Wiens aangezicht ik sta, indien deze jaren dauw of regen zijn zal tenzij dan naar mijn woord. 1 Kon. 17:1.

Nu is het merkwaardig, dat in het volgende 'vers wel staat: Daarna geschiedde het Woord des Heeren tot hem.

De meening is wel geopperd, dat wij slechts een fragment bezitten van Elia's geschiedenis.

Wij hebben evenwel ervan uit te gaan, dat al wat in de Heilige Schrift ons beschreven wordt, met een bepaalde bedoeling wordt geschreven. Het moet een zekere beteekenis hebben, dat in vers 1 niet en in veris 2 wel sprake is van het Woord des Heeren, dat tot Eüa komt.

Prof. van Gelderen wijst in zijn commentaar op Jac. 5:17. Elia was een mensch van gelijke bewegingen als wij, en hij bad een gebed, dat het niet zou regenen, en het regende niet op de aarde in drie jaren en zes maanden.

Het idee van de droogte zou in Elia's bewustzijn zijn opgekomen als een persoo'nlijk© wensch van hem zelf. Maar deze persoonlijke wensch is absoluut georiënteerd aan de tegenstelling Jahwe- Baal. Deze laatste is een natuurgoid'. Baal is zonne^ god en regengod'. Vooral zijn hoedanigheid als regengod is voor Palesüna van belang. En nu komt in de ziel van Elia de haast bovenmenscheh lijke stoute wensch op, als Jahwe mij eens volmacht wilde geven om de onmacht van Baal te demonstTeeren. En hij worstelt in het gebed, zóó lang tot de Heere hem deze volmacht verleent, door het schenken van een innerlijke verzekerd'heid', die zich uitspreekt in de eedsformule. Bij het leven van den Heere, den Godi Israels. ^)

De gedachte, dat het Woord des Heeren niet speciaal tot Elia gekomen is, lijkt mij juist. Maar, dat het idee van de droogte in Elia's bewustzijn zou zijn opgekomen als een persoonlijke wensch, is toch niet noodig. Want vóór Elia heeft de Heere ook al gesproken in Zijn Wet. En daarin wordt uitdrukkelijk de droogte aangekondigd als een straf op het volgen van andere goden. Lev. 26:19, Deut. 11:16 v.; , 28: 23, vgl. ook 1 Kon. 8:35.

Nu is het natuurlijk de vraag, in hoever men in EUa's dagen en omgeving daar kennis van heeft gehad. M.i. behoeft er niets tegen te pleiten, dat de hoofdzaak van Deuteronomium aan Elia bekend is geweest. Dit boek had de Heere speciaal gegeven tot onderwijs van het volk. Deut. 31:9—13. Bij de tempelreiniging onder Josia werd dit boek door HUkia gevonden. *) In idit boek vinden wij ook telkens een aansporing tot inprenting. Deut. 6:4—9, 20; 31:10—13. Merkwaardig is ook, dat de uitdrukking: voor wiens aangezicht ik sta, in dit boek gebezigd wordt voor heel het volk des Heeren, niet speciaal voor de ambtsdragers. Deut. 29:10. Deuteronomium is de wet des Heeren, zooals ze voor het volk bestemd is. ^) Ik stel mij d'e situatie aldus voor. EUa is afkomstig uit ©en geloovig geslacht. Daar wijst zijn naam reeds op. Elia beteekent n.l.: de Heere is God', s)

De tijd, waarin hij leeft, is een zeer merkwaaTr dige. Het tienstammenrijk beleeft een tijd van glorie. Omri had den grondslag gelegd voor een hechte dynastie. Hij was de David van het tienstammenrijk. Zijn zoon Achab plukt de vruchten van zijn arbeid. Hij is de Salomo van het Rijk van Israël. Hem wordt de naam vredevorst gegeven.')

Nu komt Elia voor een eigenaardig contrast to staan. Uit het Woord des Heeren weet hij, dat het oordeel komt over Israël, als het andere goden gaat vereeren. Dat o-.m. het land geteisterd! zal worden door groote droogte. (Deut. 11:16).

Maar de werkelijkheid laat het heel anders zien. Israël valt van den Heere af. De Baalsdienst is, door het drijven van Izebel, sterk ontwikkeld. En toch is er welvaart. Israël heeft het in tijden niet zoO' goed gehad.

Met deze tegenstelüng tusschen de waarheid' van Gods Woord en de werkelijkheid van zijn dagen is Elia aan het worstelen gegaan. Hij kon deze tegenstelling niet vei-dragen. Waarheid en werkelijldieid moesten naar zijn gedachte overeenstemmen.

Daarom heeft Elia naar het gebed' gegrepen En in het gebed heeft hij geworsteld om de overeenstemming tusschen waarheid en werkelijkheid. Hij beeft niets anders gedaan, dan den Heere aan Zijn Woord herinneren. Want dat is bidden: Den Heere herinneren aan Zijn Woord.

Dat gebed van Elia beteekende voor Israël een crisis. Elia heeft gebeden tegen de welvaart van Israël. Zijn gebed beteekende een oordeel over zijn volk.

Ik kan mij niet voorstellen, dat Eha dit oordeel over Israël zou hebben durven afbidden, indien hij niet wist, dat dit oordeel vast lag in het Woord des Heeren. Men zou alleen in dit opzicht kunnen spreken van een persoonlijken wensch, dat Elia het inzicht heeft gehad, dat, in verband' met-helt) karakter van Baal als regengod, zulk een straf het meest passend.was.

In het geloof, dat de Heere zijn gebed zeker zou hooren, is Elia naar Achab gegaan, s)

Wij zullen met Prof. van Gelderen het wel zoo moeten denken, dat de boodschap aan Achab tot Elia niet kwiim als een uitwendige last. s) Elia heeft m.i. geen speciale opdracht ontvangen om tot Achab te gaan. Hij is daartoe gedrongen geworden door het Woord des Heeren, zooals dat in de Wet des Heeren tot hem was gekomen. En daarin, dat het Woord des Heeren hem in beweging brengt, toont hij, dat hij een waar profeeit is. ^0) Hét koningschap en het priesterschap worden gevonden in bepaalde geslachten, maar het profeetschap komt zoo uit het volk op. Zooals Mozes reeds voorzegde. Deut. 18:15. Een Profeet uit het midden van u, uit uwe broederen, als mij, zal u de 'Heere uw God verwekken.

En als Elia door zijn worstelen om de overeenstemming tusschen waarheid en werkelijkheid toonde, dat het hem om de heerschappij van het Woord des Heeren te doen was, toen hij in het gebed een medewerker Gods werd len den Heene aan Zijn Woord hield, toen is de Heere tot Hem gekomen. Elia ontvangt ook speciaal het Woord des Heeren (1 Kon. 17:2). Omdat hij' heeft, wordt hem gegeven.

Dat gebed van Elia heeft voor ons uitnemende beteekenis. Allereerst als voorbeeld. Elia is de man van do volharding in 't gebed. (Jac. 5:17).

Maar dan verder ook in 't karakter van 't gebed, 't Gebed gaat niet alleen om mooie dingen, 't Gebed gaat niet alleen om een crisis weg te nemen.

't Gebed vraagt om de heerschappij van het Woord Gods in het leven, worstelt om de overeenstemming tusschen waarheid' en werkelijkheid. Het kan ook noodig zijn om vóór een crisis te bidden. Om het oordeel Gods af te smeeken.

Dat 'dit ook voor onzen tijd beteekenis heeft, zien wij in Openbaringen 11. Hier wordt in d'e twee getuigen, die macht hebben den hemel te sluiten, opdat er geen regen regene in de dagen hunner profeteering, uitdrukkelijk aan Elia herinnerd, aan Eha en Mozes.

De tijd, dat deze getuigen profeteeren, wordt gesteld op 1260 dagen, d.i. 31/2 jaar. Dit getal wijst terug op den tijd van de droogte in Elia's dagen (vgl. Jac. 5:17). Tevens wordt er mee aangedtad de heele periode van de Nieuw-testamentische bedeeling. 11) Dat er sprake is van dagen geeft wel aan, dat dit getuigenis een voortdiurend karakter! draagt.

Heel de Nieuw-testamentische tijd draagt dus mede het karakter van Elia's gebed'. In dezen tijd van crisis is het wel goed, dat wij dit in herinnering houden. Crisis is niet iets op zichzelf, maar moet beschouwd worden in het hcht van het Woord des Heeren. Er kan reden zijn om te bidden voor de ophouding van een crisis. Er kan ook reden zijn om te bidden voor de komst van ©en crisis. Ook dat gebed' heeft de geloovige op de lipr pen te nemen. Want hij is een mensch van gelijke beweging als Elia.


1) C. V. Gelderen, Koningen II, p. 149.

2) R. Kittel, Geschiohte des Volkes Israël II5, p._ 312..

3) A.W., p. 149.

4) Zoo Noordtzij in Chr. Ene. art. Josia.

5) Merkwaardig is, dat onze Heiland bij zijn verzoeking Jn de woestijn tot driemaal toe een woord uit dit boek heeft gebruikt tot afweer van den Satan. (Mattli. 4:1—11, Deut. 8:3, 6: 16, 6:13.)

6) R. Kittel, a.w. 115, p. 312. Schon sein Name „miein Gott ist Jahwe" ist ein Programm und beweist dasz der Kampf gogen den Baal in seinen Kreisen schon vorlher geübt wurde", v.g.l. ook Van Gelderen, a.w., p. 148.

7) Voor den bloei van den tijd van Omri en Adhab v.g.lde prachtige schets van Noordtzij in Van de Hleilige Erve, II, p. 15—23; Kittel a.w., II 5 p. 302—306. Ridderbos, Gods Woord er Profeten; I, -p. 8 en 9.

8) Men zou de vraag nog kunnen stellen: wanneer heeft Uia dat gebed gebeden, waarvan Jacobus 5; 17 spreekt, vóór of na zijn komst bij Achab? Op den Karmel bidt hij 7 maal, «adat hij aan Achab regen heeft • toegezegd.

9) a.w., p. 151.

10) Prof. Aalders wijst in zijn: De valsche Profetie in Israël, er op, dat de overeenstemming met de reeds geschonken Godsopenbaring hét criterium is van een waar profeet, p. 179 en 1280.

11) Greijdanus, De openbaring des Heeren aan Johannes, Bottenburg, p. 228.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 9 september 1938

De Reformatie | 8 Pagina's

POPULAIR-WETENSCHAPPELIJKE SCHEISEN

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 9 september 1938

De Reformatie | 8 Pagina's