GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

De Cock nooit uitgeworpen?

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De Cock nooit uitgeworpen?

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

In „De Wekker" las Ik zooeven een correspondentie van den hoofdredacteur, prof. Van der' Schuit. Daarin lezen we:

G. M. den H. In dank Uw schrijven en correctie ontvangen. Ik schreef in een recensie (zie vorig Wekkernummer), dat Prof. Greijdanus om zijn onschriftuurlijke leer is uitgeworpen. Ik werd opmerkzaam gemaakt, dat dit niet juist is. Prof. Greijdanus is geschorst en ik breng gaarne deze correctie aan. Alleen zij mij deze opmerking vergund. Naar Ger. kerkrecht behoort tot de gronden van schorsing „valsche leer of ketterij" art. 80 D.K.O. Zulk een schorsing loopt bij volharding op afzetting of uitwerping uit. Zoo niet, dan zou de schorsing geen rechtsgrond hebben.

Tot zoover de aanhaling.

We hebhen een sterk vermoeden, dat de initialen van den aangesprokene wijzen naar dr G. M. den Hartogh, synodocratisch hoogleeraar In kerkgeschiedenis en kerkrecht.. Is deze onderstelling juist, dan wil dus deze auteur niet gezegd hebben dat Greijdanus Is uitgeworpen.

Dat kan wat worden.

Men zal dan voortaan ook niet meer mogen zeggen, dat Hendrik de Cock Is uitgeworpen. Want die kreeg van de algeraeene synode der Hervormde Kerk op 16 Juli 1834 het volgende schrijven:

a) de uitspraak van het Provinciaal Kerkbestuur (afzetting) Is verkeerd geweest en wordt „ge-reformeerd" (dus: die geldt niet meer);

b) De Cock is rtua teruggebracht tot den rang van geschorst predikant;

c) De Cock krijgt een half jaar bedenktijd; dus tot 16 Januari 5835;

d) als hij vóór 16 Januari 1835 niet voldoende schuld belijdt (over zijn publicaties, die ordeverstorend heetten), dan is flaama het Provinciaal Kerkbestuur gemachtigd hem, en dan namens de algemeene Synode geheel af te zetten.

Ziezoo. Tot 16 Jan. '35 kan De Cock zich beschouwen

als nlet-afgezet predikant. Die begint dan ook meteen weer te correspondeeren met het Provinciaal Kerkbestuur; hij wordt dan ook door den secretaris van de Algemeene Synode in een officieelen brief van dezen secretaris aangesproken als „predikant te Ulrum".

Maar na een „apostolische reis" (aldus Reitsma, zie Keizer, 523), die nu misschien voor de colleges kerkgeschiedenis te Kampen, Oudestraat 6, een apostatische reis moet heeten, na een „apostolische reis" van ds H. P. Scholte naar Ulrum (aangekomen op 9 October) heeft De Cock met vele gemeenteleden zich afgescheiden (14 October); van 14 October tot 16 Januari d.a.v. scheiden hem dan nog ruim drie maanden.

Men zal dus voortaan in Kampen (Oudestraat 6) niet meer mogen zeggen, dat De Cock is uitgeworpen.

Maar in Kampen (Broederweg 15) zal men het nog wèl zeggen.

Gelijk men het daar ook zegt van Greijdanus.

Want een schorsing naar art. 79-80 K.O. behelst de stellige uitspraak, dat N.N., indien hij blijft in de beweerde zonde, zal af te zetten zijn en buiten het Rijk Gods staat (het zijn immers zonden, die in een „gemeen lid der afsnijding waardig zijn"). Greijdanus nu is zéér nadrukkelijk blijven volharden in zijn zgn. kwaad.

Men moet niet de historie van de geschorsten uitpluizen, maar de sententies van het dusgenaamde „vonnis". Daaroij komt alles aan.

Trouwens, hebben de heeren die in Kampen aan de kerkeraadstouwtjes hielpen trekken, niet doorgedreven dat Greijdanus, die nooit ergens een briefje van bedanken had ingezonden maar doodgewoon In de kerk bij zijn dominees bleef komen, „van den kansel afgelezen is", als zich hebbende onttrokken aan opzicht en tucht van wat zij „de Geref. Kerk van Kampen" noemden, maar wat niets anders was dan de optelsom dergenen, die zich niet wilden ontdoen van een hiërarchie, die zij niet mochten aanvaarden ?

In een tijd van afkondiging van bondige en gehandhaafde en tot in afzetting en buiten-verband-zetting gehandhaafde confessioneele en kerkrechtelijke verkeerde bepalingen is één ten einde toe gevoerd proces voldoende om te weten, wie men uitwerpt. Men werpt al degenen uit, die zich niet onderwerpen aan die valsche sententies. De definitieve handhaving der valsche sententie, die is de uitwerpingsactie.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 17 maart 1951

De Reformatie | 8 Pagina's

De Cock nooit uitgeworpen?

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 17 maart 1951

De Reformatie | 8 Pagina's