Studentenalmanak 1906 - pagina 133

IN MEMORIAM

TEUNIS HERNGREEN

23 JANUARI 1884

29 A U G U S T U S 1905

RIJS en somber welfde zich op den dag, waarop

we hem grafwaarts droegen, de hemel boven ons.

Windvlagen joegen ons regen in het gezicht en g

een enkel vergeeld blad dwarrelde voor onze voeten B

neer als een voorbode van den naderenden winter. En met g

die droefheid in de natuur kwam onze in-weemoedige 1

stemming overeen nu we hem naar den doodenakker 1

begeleidden, hem, den trouwen vriend, die van den nog in g

vollen levensprachtprijkendenbooni van onzen vriendenkring,

als verdord blad door den adem des doods werd afgerukt.

We hadden hem nog zoo gaarne in ons midden gehouden,

we misten hem zoo noode en met ons jeugdig optimisme

zagen we reeds, over zijn ziekte heen, hem weer gezond

en vroolijk, geheel de oude, in ons midden. Maar 't mocht

niet zoo zijn. God nam hem van ons weg en we gingen den

droeven gang van die een dierbaren vriend uitdragen.

Maar toen we allen rond dien open kuil stonden en woorden

van afscheid aan het stoffelijk overschot en van deelneming

voor de achterblijvenden spraken, toen brak zich de zon

een baan en tooverde wondere kleurschakeeringen in de

regendroppcls, die loom van de boomen afdrupten op den

kerkhofbodem.

En in dien zonneschijn zagen we over die groeve heen en

door den nevel van droefheid in het heerlijk verschiet waar

we vertrouwen dat hij, van zijn smartenlichaam verlost, als

Gods uitverkorene juicht. Blijde straalde van uit dit open

graf het hemelsche licht ons tegen en verhelderde onze

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen