Studentenalmanak 1969 - pagina 102

Zojuist was men - het dient gezegd: met de moed der wanhoop - het

erover eens geworden dat de toekomst van het Studentencorps aan de Vrije

Universiteit sub voce Nil Desperandum Deo Duce progressief en in Amstel-

veen moet zijn gelegen.

Het lag daarom voor de hand dat zo snel als mogelijk het corps zich diende

in te stellen op een dergelijke koerswijziging.

Op zich een gezonde conclusie.

Daarbij diende het echter niet te blijven: we moesten ook nog naar

buiten laten zien hoe het ons ernst werd verstandig te worden.

De opzet van het novitiaat werd grondig gewijzigd, terwijl iemand de krant

zou bellen om een berichtje over het afschaffen van het kaalscheren op

een onopvallende plaats te laten zetten.

Ja, een onopvallende plaats, want met de aantrekkelijkheid van de nieuwe

groentijd zou men zonder twijfel een stormloop van aspiranten te weeg

brengen.

En dat konden we nog niet gebruiken.

250, desnoods 275 zou nog gaan; maar wat te doen wanneer er zich 300

melden zouden?

Toch maar liever op een binnenblad van de krant.

Voor het geval een en ander nog verrassingen in zich zou bergen,

werden hier en daar enkele commissies ingesteld, die de zomer zouden

besteden aan het uitdenken van even doeltreffende als aanspreekbare aan-

pak-methoden.

Intussen, meneer de rector, waren de leden van de novitiaatscommissie

bezig elkaar op steeds wisselende adressen in het diepst gehiem te

ontmoeten.

Zelfs U had de indruk dat we in het geheel niet bijeenkwamen.

We maakten plannen, wogen voortdurend voor en nadelen af.

Het grote probleem daarbij was hoe in vredesnaam honderd a honderd-

vijftig middelbare scholieren drie weken lang bezig te houden met op

zijn minst zinvolle dingen, als het dan niet meer plezieirige mochten wezen.

Toen het dan tenslotte, terwijl de rector corporis een afwerend praatje

hield tegen de duizend op de voorlichtingsdag, toen het in Firesland begin

september drie dagen lang windstil bleek te zijn, begonnen we te twijfelen

aan de juistheid van onze inzichten.

Mijnheer de rector.

Groot was onze verrassing toen we toch gelijk bleken te krijgen.

Weliswaar werden het er later op de dag nog 15 o, maar groter beproeving

bleef ons in elk geval gespaard.

Het moest echter misgaan.

De eerste avond hadden we geheel tegen bestaande gewoonten en

tradities in een avond belegd over het thema: de organisatie en de orga-

nisatiestructuur en de organisatieproblemen van de universiteit.

Achteraf bleken we te ver gegaan te zijn, door vertegenwoordigers van

het bestuur van de Studentenraad uit te nodigen.

100

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen