Vrije Universiteitsblad 1950 - pagina 26

Merkwaardige ontdekkii igen, die mede onze roep I n aansluiting aan het artikel 'Nogmaals onze studenten' in het V.U.-blad van Februari j . l . wUlen wij hier nog enkele cijfers verstrekken, die ons te denken geven en ons tegelijkertijd doen afvragen, of de actie, die door onze Vereniging in het land blijvend wordt gevoerd, nog niet t e eenzijdig gericht is op het verkrijgen v a n de gelden, benodigd voor het in-standhouden der Vrije Universiteit, terwijl andere aspecten van de propaganda daarbij te veel worden verwaarloosd. Onlangs waren we bezig de Almanak van de 'Societas Studiosorum Reformatorum', de organisatie v a n Gereformeerde studenten aan de verschillende 'neutrale' universiteiten en hogescholen, door te bladeren, We troffen daarin o.a. aan een lijst van de leden, welke tevens hun studierichting vermeldde. Hierbij kwamen we t o t enkele merkwaardige ontdekkingen. Immers, we mogen verwachten, dat degenen, die temidden van de bonte verscheidenheid van studentenverenigingen aan genoemde universiteiten en hogescholen h u n keus laten vallen op één der afdelingen v a n de S.S.R., ook v a n harte voorstander zidlen zijn van onze Vrije Universiteit. Gelet op het gemeenschappelijke principiële uitgangspunt kan dit moeilijk anders. Nu blijkt evenwel, d a t nog onderscheidene studenten v a n Gereformeerden huize (dit uiteraard niet in kerkelijken zin), die zich zonder belangrijke verhoging van kosten aan de Vrije Universiteit zouden kunnen laten inschrijven, aan één van de andere universiteiten of hogescholen studeren. Slechts de meest markante gevallen willen wij in dit verband vermelden. Daarbij richten wij in de eerste plaats onze aandacht op de economische facidteit, waarbij wij ons vanzelfsprekend zidlen moeten beperken t o t de jaren 1948 en 1949. In deze jaren hebben zich voor het eerst aan de Economische Hogeschool t e Rotterdam in totaal 43 studenten doen inschrijven, die tegelijkertijd lid zijn van de S.S.R. Daaronder bevinden zich 12 personen, die in Rotterdam zelf wonen, 17 spoorstudenten (uit Gouda, Voorburg, Schiedam, Zoetermeer, Vlaardingen, enz.) en niet minder dan 14 studenten, die, terwijl h u n ouders elders wonen (WestendorpGeld., Groningen, Alphen a/d Rijn, Sassenheim, Utrecht, enz.) een kamer in Rotterdam hebben. Voor de Universiteit van Groningen zijn deze cijfers resp. 13, 4, 2 en 7, terwijl aan de Stedelijke Universiteit van Amsterdam in totaal 7 studenten in de Economische faculteit zijn ingeschreven, die tegelijkertijd lid zijn van de S.S.R. Ook de juridische faculteit geeft een merkwaardig beeld te zien, waarin Utrecht wel de dominante vorpit. De S.S.R. daar telt in totaal 37 juristen onder haar leden, waarvan 12 spoorstudenten (uit 2082

Amersfoort, Driebergen, Gouda, Voorburg, Baarn, Hilversum, enz.) en zelfs 18 studenten, die op kamers wonen (afkomstig uit Soestdijk, Nijverdal, Arnhem, Rotterdam, Almelo, Wageningen, Hilversum, enz.). Voor Groningen zijn deze cijfers resp. 16, 1 en 3. Onder de laatste groep bevinden zich studenten uit Smilde, Sneek en Enschedé. Ten aanzien v a n de studenten in de chemie springt Groningen heel sterk in het oog. De S.S.R. daar telt in totaal 31 chemici onder haar leden, waarvan er 16 op kamers wonen (van dezen is het grootste deel afkomstig uit de drie noordelijke provincies). Wanneer wij deze cijfers bezien, moeten we wel constateren, dat zich hier een toestand voordoet, die voor een belangrijk deel 'mis' is. Zo mocht het b.v. niet gebeuren, dat studenten, die aan de V.U. kunnen studeren, zich niettemin elders laten inschrijven, terwijl zij toch ook daar een duur kamerleven moeten leiden. E n ook achter het niet aan de V.U. studeren van onderscheidene spoorstudenten moeten wij een groot vraagteken plaatsen. We denken hier b.v. aan de juristen, die in Hilversum wonen en niettemin niet in Amsterdam, doch in Utrecht studeren. Zelfs zou ik dit vraagteken wülen plaatsen achter de juristen, die in Baarn, Amersfoort, Loenen aan de Vecht, enz. wonen en in Utrecht ingeschreven zijn. Het feit, dat studenten, die met gelijke of iets meerdere kosten a a n de V.U. h u n studie zouden kunnen voltooien, dit niettemin elders doen, is een zeer ernstig verschijnsel, waarover we ons nog meer bezorgd moeten maken, wanneer wij ons bedenken, dat wij hierboven nog alleen maar die Gereformeerde studenten aan de 'neutrale' universiteiten en hogescholen onder de loupe genomen hebben, die binnen de S.S.R. georganiseerd zijn. Voor het belangrijkste deel zal dit verschijnsel waarschijnlijk zijn oorzaak vinden in een grote mate van indifferentisme, in een niet meer weten, waarom de V.U. er is en welke betekenis de Christelijke Wetenschapsbeoefening voor het gehele Christelijke leven heeft. Hier ligt n u juist een belangrijke taak voor degenen, die op enigerlei wijze in de organisatie werkzaam zijn.'De propaganda voor de Vrije Universiteit moet er niet alleen op gericht zijn den mensen meer of minder grote bedragen in geld 'afhandig te maken', doch tegelijkertijd deze mensen h u n verantwoordelijkheid t e laten zien om, zo zij jongeren in hun omgeving hebben, welke het plan hebben om te gaan studeren, dezen voor alles t e wijzen op de mogelijkheden, die de V.U. biedt, waarbij vanzelfsprekend één en ander zal verteld moeten worden over den strijd der geesten, waaruit onze Universiteit geboren is en welke nog steeds en waarschijnlijk n u in nog heftiger mate, het gehele leven in zijn onderscheidene aspecten beheerst, n.I. uit de worsteling

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen