GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Vrije Universiteitsblad 1962 - pagina 89

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Vrije Universiteitsblad 1962 - pagina 89

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

aanbesteding plaats vinden van de gedeelten die zijn bestemd voor de afdelingen biologie, geologie en natuurkunde. De uitvoering van de desbetreffende werken vordert goed. Belangrijke vorderingen werden ook gemaakt met de plannen voor het hoofdgebouw, waarin de a-faculteiten en de bibUotheek alsmede de besturende colleges, de senaat en de algemene dienst zullen worden gehuisvest. Teneinde te komen tot de keuze van een architect voor het hoofdgebouw hebben directeuren aan de architecten Chr. Nielsen en R. Zanstra ieder afzonderlijk opdracht gegeven tot het maken van een basisplan, waarbij tevens een stedebouwkundige visie diende te worden gegeven op de plaatsing van het hoofdgebouw ten opzichte van de reeds in aanbouw zijnde gebouwen en het nog op te richten gebouw voor de preklinische laboratoria. De commissie uit directeuren, aan welke deze zaak ter voorbereiding in handen was gesteld, werd in haar werkzaamheden steeds bijgestaan door de toenmalige supervisor en stadsbouwmeester, wijlen de heer B. Merkelbach, die haar tot zeer grote steun is geweest. De keuze van directeuren is tenslotte gevallen op het ontwerp van architect Nielsen. Inmiddels kon met medewerking van architect Nielsen het definitieve programma van eisen — zijnde de eerste phase waarover ook het nodige overleg met het rijk dient plaats te vinden — worden vastgesteld. De nadere uitwerking van de plannen voor de preklinische laboratoria der medische faculteit ondervond enige vertraging, aangezien omwerking daarvan nodig was in verband met een nieuwe stedebouwkundige opzet van het gehele universiteitscomplex. De plannen voor het studentencomplex (woonflats, studentencentrum, sporthal) kwamen in een vergevorderd stadium van voorbereiding. Inmiddels werd opdracht gegeven tot het bestedingsklaar maken van één woonflat voor ongeveer 180 studenten (in totaal komt er plaats voor ongeveer 550 studenten) en van de sporthal. De noodzaak tot het treffen van extra tijdelijke voorzieningen deed zich ook in dit verslagjaar voor. Het pand Van Eeghenstraat 112 kon worden betrokken door de literarische faculteit. Het pand Keizersgracht 143, dat dientengevolge vrij kwam, werd toegewezen aan de afdeling biologie, die dringend behoefte had aan uitbreiding. Voorts werd het pand De Lairessestraat 142, dat reeds gedeeltelijk middels huur ter beschikking was, aangekocht. Op het ogenblik zijn daarin gehuisvest de afdelingen geologie, geografie en wiskunde. Eveneens kon worden overgegaan tot aankoop van

jaar

exploitatie

1955

ƒ 3.427.059,94

ƒ

1956

nieuwbouw

het pand Prins Hendriklaan 35, welk pand werd bestemd voor de afdelingen physiologic en chemische physiologie, die reeds lang met ruimtegebrek in haar huidige gebouw Valeriusplein 11 te kampen hadden, alsmede voor de afdeling sociale geneeskunde.

Financiën De exploitatierekening over het jaar 1961 sluit met een nadelig saldo van ƒ 41.987,70. Dit cijfer is echter niet zonder meer te vergelijken met de uitkomsten over het verenigingsjaar 1960 — dat met een batig saldo van ƒ 47.037,89 werd afgesloten — mede omdat Directeuren gemeend hebben in 1961 een bedrag van ƒ 50.000,— ten laste van de exploitatierekening te moeten brengen onder het hoofd „fonds studentenvoorzieningen". Dit is geschied omdat de uitgaven ten behoeve van de bouw, inrichting en exploitatie van studentenhuizen en andere algemene voorzieningen voor studenten niet vallen onder het subsidie voor het wetenschappelijk onderwijs en onderzoek en verwacht moet worden dat de bijdragen uit 's Rijks kas voor deze doeleinden van zeer beperkte omvang zullen zijn. Om een beeld te geven van de ontwikkeling der uitgaven volgt hieronder een overzicht van de exploitatie-uitgaven van de vereniging, daaronder begrepen die van de Vrije Universiteit, met daarbij vermeld het aantal studenten in de achtereenvolgende collegejaren.

studenten

contributies

75.795,91

2030

ƒ 304.883,74

„ 3.967.304,64

, 1.775.398,51

2139

„ 328.665,63

1957

„ 4.612.768,23

,

2,674.327,11

2259

„ 365.725,69

1958

„ 5.015.828,60

,

2.698.756,18

2432

„ 414.873,35

19.S9

„ 5.929.300,35

, 4.835.238,15

2655

„ 550.960,77

1980

„ 7.152.759,98

, 4.403.913,98

2920

„ 573.887,76

1961

„ 8.640.717,31

, 11.808.708,37

3169

„ 582.036,54

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1962

VU-Blad | 193 Pagina's

Vrije Universiteitsblad 1962 - pagina 89

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1962

VU-Blad | 193 Pagina's