GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1973 - pagina 427

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1973 - pagina 427

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

die op het gebied van de kerkgeschiedenis liggen. Het initiatief daartoe ging uit van de Katholieke Kerk, die aan het Instituut in Brunswijk verzocht, deze taak op zich te willen nemen. Vier jaar geleden heeft een eerste conferentie in Brunswijk plaatsgevonden. Toen zijn de vragen globaal bekeken en is men tot de beslissing gekomen, speciaal drie perioden nader te bekijken: de eerste eeuwen, de hervormingstijd en de negentiende eeuw. Die eerste keer ging het er nogal gemoedelijk aan toe: het was echt het eerste begin. Twee jaar geleden heeft men de eerste eeuwen van het bestaan van de kerk onder de loupe genomen. Ik ben daar zelf niet bij geweest en kan dus alleen maar zeggen, dat de deelnemers blijkbaar hard gewerkt hebben. Het resultaat was een dik rapport, dat uitloopt op een aantal nuttige aanwijzingen voor de schrijvers van schoolboeken.

Reformatietijd De conferentie van vorige maand behandelde een behoorlijk 'heet' onderwerp, de reformatietijd. Vooral daarom heet, omdat op dit terrein de kerkelijke verschillen een heel wat grotere rol spelen dan bij de behandeling van de oude kerk. De vraag was dus: hoe kan je in schoolboeken zó over de reformatie spreken, dat een katholiek, een lutheraan, een calvinist en een doopsgezinde zich daardoor niet tekortgedaan voelen. Je kunt

natuurlijk volstrekt kleurloos worden, maar dan heb je een neutraliteit betracht die alle katjes grauw maakt. Dat is natuurlijk niet de bedoeling. Het gaat er eerder om, de zaken zó weer te geven, dat er geen caricaturen worden gegeven. Tegelijkertijd moeten leerlingen van onze tijd begrijpen, waarom het voor mensen van 400 jaar geleden hier ging om le.venskwesties, waarvoor ze zelfs de dood in wilden gaan. Dat is nu precies wat kerkgeschiedenis zo boeiend maakt: als protestant van nu moet je als het ware in de huid van een katholiek van toen kruipen. Dat is een spannende zaak, voor alle kerkhistorici. Maar op deze conferentie kwam daar nog de vraag bij, hoe je dit kunt overbrengen aan jonge mensen van onze tijd. De samenstelling van de conferentie was niet in alle opzichten gelukkig. Van de ongeveer vijfentwintig deelnemers was de overgrote meerderheid uit de Bundesrepubliek afkomstig: er waren drie Spanjaarden, twee belgen, twee nederlanders. Dat gaf natuurlijk al een zekere eenzijdigheid. Bovendien waren de meeste duitsers van luthersen huize, geen kerkhistorici van professie, maar óf historici, óf paedagogen óf mensen die direct met schoolboeken te maken hadden. Het gevolg was, dat de aanwezige buitenlanders-vakmensen prompt tot expert op een bepaald gebied gebombardeerd werden. Zo werd dr. S. R. J. Zilverberg, die

aan de Universiteit van Amsterdam werkt en ook een aandeel heeft in de lerarenopleiding van de V.U., in de kortste keren dé expert op het gebied van de z.g. linkervleugel van de Reformatie, dus dopersen, spiritualistische stromingen enz. Dat was zeker terecht: hij is op dit gebied zeer deskundig. Zelf werd ik, als 'reformierter Hollander', dadelijk als deskundige op het gebied van het Calvinisme beschouwd. Dat was op z'n minst wat merkwaardig: ik ken wel betere Calvijn-kenners!

Belevenis De eerste dag van de conferentie moest een wetenschappelijke basis leggen. Twee kerkhistorici, de lutheraanse hoogleraar in Göttingen B. Moeller en de katholieke E. Iserloh uit Munster behandelden de reformatiegeschiedenis, gingen in op allerlei vragen en raakten ook voortdurend met elkaar in gesprek. Vooral dat laatste was wel een belevenis. Het zijn namelijk zeer verschillende persoonlijkheden. Moeller is een competent en rustig man, die in zijn verhaal voortdurend wees op nieuwere literatuur, rustig en weloverwogen sprak en daardoor grote indruk maakte. Iserloh is een heel ander mens, fervent en strijdbaar katholiek, vol kritiek op nieuwere stromingen binnen het katholicisme. Uit zijn publikaties blijkt, dat hij een uitstekend Lutherkenner is, zeer geïmponeerd door de theologie van de jonge Luther. In zijn geschriften heeft hij er altijd de nadruk op gelegd, dat Luther tot 1519 volledig paste in de katholieke kerk, geen breuk wenste en pas later - helaas! - mede door fouten van de kerkelijke instanties buiten de kerk is geraakt. Iserloh heeft, in het voetspoor van zijn leermeester Lortz, veel bijgedragen tot een juister en positiever beoordeling van Luther door katholieken. In zijn voordracht op deze conferentie ging hij dezelfde weg: de jonge Luther werd geannexeerd voor het katholicisme, en op die manier werd het protestantisme des te beslister afgewezen. Binnen dit gezelschap viel dat niet erg in de smaak! Het was duidelijk merkbaar, dat de vele aanwezige lutheranen er niet zo veel behoefte aan hadden, dat Luther goed orthodox-katholiek werd gemaakt.

Ergernis Zelf heb ik in het begin geamuseerd, maar later toch met een zekere ergernis zitten luisteren. Het lijkt me niet zo vreselijk belangrijk, of Luther in 1517 nu nog goed katholiek is of niet. Die vraag is moeilijk te beantwoorden, al was het alleen maar omdat het nog niet zo eenvoudig is om te zeggen, wat in die tijd • nog in de kerkleer paste en wat daar nu 7

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1973

VU-Magazine | 574 Pagina's

VU Magazine 1973 - pagina 427

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1973

VU-Magazine | 574 Pagina's