GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1975 - pagina 258

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1975 - pagina 258

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

leven ervan, een politiek te volgen waarbij met de ene hand gegeven wordt en met de andere genomen. 'De bezorgdheid om de gezondheid van de consument komt merkwaardig goed overeen met de winstverwachting. Wat te denken van een firma die in z'n ene bedrijf Becel laat maken en die andere takken de markt laat volstoppen met Unox rookworst (hel consumentencontact heeft het vet-gehalte onderzocht, dat is hoog) of met Calvé-mayonaise, zonnebloem-mayonaise, sla-mixen, fritesaus, fritesmix, tomatenketchup, poestasaus, barbecuesaus, schaslicksaus, béarnaisesaus, tartaarsaus, cocktailsaus, pindakaas en pindakaas met nootjes, zoute pinda's, borrelnootjes, pinda-satésaus. De smaakmakers van Calvé zijn, gezien deze vette hap helemaal niet zo bezorgd over onze hart- en bloedvaten, maar dat wordt de consument niet verteld.'

Mystiek

'Afzonderlijke operaties' Later, tijdens de forumdiscussie gaf de heer Ruoff te kennen de redenering van Sijmons nogal vergezocht te vinden. De margarine en de vleeswaren moeten als 'afzonderlijke operaties worden gezien waarover afzonderlijke beslissingen worden genomen.' Sijmons: 'De linkerhand weet niet wat de rechter doet?' Ruoff: 'Dat doet er niet toe. Er is een behoefte aan vleesprodukten, daarvoor heb je een slachterij en het feit dat je in een margarine-operatie Becel uitbrengt heeft daarmee weinig te maken. Je moet je bovendien afvragen: als je nu vindt dat vleeswaren en worsten in hun totaliteit minder gewenste voedingsmiddelen zijn voor de consument, moet je dan omdat je Becel brengt geen worst meer verkopen, omdat er veel vet in gaat? Zou je moeten zeggen: ik sluit de tent maar?' Sijmons: 'Ik wil het zo samenvatten: er wordt wel op de gezondheid gewezen (of het nu waar is of niet) als er voordeel bij te halen is, zoals in het geval van Becel, maar ik heb nog nooit op een zakje Unox-rookworst zien staan dat consumptie van onverzadigde vetten schadelijk kan zijn voor de gezondheid.'

Hulpstof Met het 'houdbaar maken' dat zoeven werd genoemd, werd een ander chapiter dat sprekers en zaal tijdens het symposium bezighield aangesneden, namelijk dat van de zgn. 'hulpstoffen', synthetische toevoegingen die houdbaarheid, smaak of kleur, maar ook strooi- of smeerbaarheid moeten bevorderen. De heer Ruoff had uitgelegd, dat een van de taken van de levensmiddelenindustrie bestond uit het overbruggen van tijd en afstand tussen de boer die de graan verbouwt of varkens fokt en de consument die brood of vlees eet. 'Bovendien stelt de industrie vele produkten samen door combinatie van voedingsmiddelen die de voorbereiding.stijd die de huisvrouw voor het bereiden van maaltijden nodig heeft aanzienlijk bekorten en/of nieuwe mogelijkheden in de variatie van het dagelijks 36

Kuipje Becel . . . niks op de rookworst . . .

menu biedt: talrijke conserven uit de groenteen fruitindustrie, de vleeswarenindustrie, soepen in droge en natievorm, diepvriesprodukten. Verder het groeiend aanbod sausen in allerlei smaken en verpakkingen. Deze produkten "met ingebouwd gemak", zoals we dat vaak noemen, voldoen aan de wens van de consument, ook als deze daar uiteraard meer voor moet betalen (. . .) De moderne procesindustrie in de voedingsmiddelensector vervult die brugfunctie in het algemeen door een reeks van de bewerkingen die uitmonden in het verlenen van houdbaarheid aan haar eindprodukten (. . .) Er zijn tal van technieken en processen ontwikkeld om die wensen te kunnen vervullen. Daarbij worden fysische zowel als chemische processen gebruikt in grote verscheidenheid, zonder welke de huidige voedselvoorziening, zowel in haar regelmaat als veelzijdigheid in een land als het onze niet mogelijk zou zijn.'

Het was de heer Ruoff opgevallen dat het denken van de consument over de 'hulpstoffen' nogal emotioneel was. 'Al die chemicaliën, al die synthetische stoffen - in die woorden ligt een helemaal niet positieve waardering opgesloten. Voor biologen, voor chemici en voor voedingsmiddelentechnologen die zich verdiept hebben in het functioneren van het menselijk organisme, ligt dit vermoedelijk wat anders. Zodra we echter met communicatie met consumenten te maken hebben, wordt het wat anders. Wat is synthetisch, wat is chemisch? De consument heeft (...) er geen flauw idee van dat de natuur is opgebouwd uit chemische stoffen. Hem of haar zal een beeld van de mens als zijnde geheel opgebouwd uit chemische stoffen en functionerend als een chemische fabriek in het geheel niet danspreken. De consument stelt "natuurlijk" tegenover "synthetisch " of "chemisch " en wordt in deze mystieke opvattingen nog gestijfd door de reclame van de R. Sijmons . . . hete adem van EEG .

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1975

VU-Magazine | 484 Pagina's

VU Magazine 1975 - pagina 258

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1975

VU-Magazine | 484 Pagina's