VU Magazine 1983 - pagina 208

Inaugurele oraties en afscheidscolleges

Inaugurele oraties en afscheids colleges Tijdens het eerste kwartaal van 1983 aanvaardde één hoogleraar (officieel) zijn ambt met het uitspreken van een inaugurele oratie; ook gaf maar één hoogleraar een afscheidscollege. Op 21 januari hield dr. J. C.

Hess, benoemd tot gewoon hoogleraar in de Nieuwste Geschiedenis aan de faculteit der letteren/subfaculteit geschiedenis, zijn inaugurele oratie „Tussen revolutie en hervorming". Daarin gaf hij een analyse van de hervormingspolitiek van de Labour-regering onderAttlee (1945-1951). Dr. Hess studeerde te Kiel en in Tubingen in de Geschiedenis, het Engels en de Geografie met Philosofie en Paedagogiek als bijvakken. Hij promoveerde in Kiel op „TheodorHeussvor 1933; ein BeitragzurGeschichte desdemokratischen Denkens in Deutschland." De heer Hess is sedert 1975 werkzaam aan de VU. Hij is üd van de Evangelische Broedergemeente in Zeist. Op 31 januari gaf prof. dr. H. C. Wytzes, hoogleraar Financiering aan de economische faculteit, zijn afscheidscollege. Hij verliet de universiteit in verband met zijn benoeming tot lid van de Raad van State.

r:i»,M

wetenschapperUkoiKleizoek Resultaten van wetenschappelijk onderzoek zijn niet alleen te vinden in de proefschriften van de onderzoekers. Publicaties in wetenschappelijke tijdschriften vormen voor de onderzoeker de belangrijkste mogelijkheid om vakgenoten te attenderen op zijn werk. Een overzicht van de totale wetenschappelijke ,,produktie" van de VU biedt het Wetenschappelijk Verslag van de universiteit, datjaarüjks wordt uitgegeven. Over afgeronde (deel)onderzoeken waarvoor een bredere publieke belangstelling wordt verwacht, zien vaak rapporten het licht. Zo verscheen in februari het rapport „Kamerleden en Bedrijfseconomie" van de hand van drs. P. J. C. van Helsdingen. Daarin worden de resultaten beschreven van een onderzoek dat is uitgevoerd door de onderzoeksgroep ,,Management en Politiek" van de economische faculteit. Uit een eerder — in 1981 —gehouden, verkennend onderzoek was gebleken, dat bij

10

topmanagers een aantal klachten bestond jegens politici. Zo viel ondermeer de mening te beluisteren, dat slechts enkele Kamerleden inzicht hebben in het bedrijfsleven. Om het waarheidsgehalte van deze en andere uitspraken te onderzoeken is onlangs een vervolgonderzoek uitgevoerd. En wel onder de leden van de Vaste Commissie voor Economische Zaken-van de Tweede Kamer. Over de resultaten daarvan handelt het rapport „Kamerleden en Bedrijfseconomie". Een groeiend deel van het aan de VU verrichte onderzoek wordt uitgevoerd in opdracht van of met subsidie van derden. Een belangrijke, externe opdrachtgever is de overheid. Een instituut aan de VU dat vrijwel uitsluitend dergelijk, zogeheten Derde Geldstroomonderzoek verricht, is het Instituut voor Miüeuvraagstukken (IVM). In maart werd het rapport „Cultuurgoederen en luchtverontrei-

niging" gepubliceerd, opgesteld door drs. J. F. Feenstra van het IVM. In opdracht van het ministerie van Volksgezondheid, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer onderzocht hij de schade die de vervuilde atmosfeer (door bijv. zure regen) aan ons cultuurbezit toebrengt. Niet alleen monumenten blijken te

worden aangetast, maar ook binnenshuis treedt schade op aan leer. textiel en papier. De restauratie van deze schade beloopt naar schatting vele tientallen miljoenen guldens per jaar. De achterstand daarbij moetal in honderden miljoenen worden uitgedrukt.

Promoties In 1982 vonden aan de VU 83 promoties plaats. De faculteit der wiskunde en natuurwetenschappen was daarbij de koploper met 33 nieuwe doctores. Een goede tweede was de faculteit der geneeskunde. Daar konden 22 doctorstitels worden verleend. Op afstand volgden de faculteiten der sociale en der economische wetenschappen met resp. 9 en 7 promoties. De overige 12 promoties waren in de faculteit der letteren (4), der godgeleerdheid (3). der rechtsgeleerdheid (3) en der wijsbegeerte (2). Wat de verdeling over de geslachten betreft is de ,.natuurlijke" situatie nog lang niet bereikt: onderde 83 gepromoveerden bevonden zich slechts 12 vrouwen (dus nog geen 15 %). In het eerste kwartaal van 1983 werd 19 maal met succes een proefschrift verdedigd. Het meest omvangrijke was dat van mevrouw dr. M. Miedema (2 mrt.). Zij onderzocht de bewoning in het terpenland ten Noordwesten van Groningen sedert 600 vC. Haar dissertatie bestaat uit drie delen: een tekstgedeelte (416 p.). een monumentencatalogus (250 p.) en een deel met afbeeldingen (274 figuren. 61 kaarten). Minder ver terug in het verleden ging mr. dr. S. Faber (24 mrt.). Hij bestudeerde de strafrechtspleging en criminaliteit te Amsterdam tussen 1680 en 1811. Daarbij kwam hij veel gegevens op het spoor over,,gewone" mensen en hun omstandigheden. Zo bleek o.m. dat de afschaffing van de pijnbank in 1798 tot gevolg had dat in Amsterdam meer mensen dan ooit op het schavot kwamen. Dr. P. G. Klandermans (17 mrt.) hield zich bezig met maatschappelijke processen in een zeer recent verleden. Bij drie AKZObedrijven onderzocht hij in 1979 hoede Industriebond FNV zijn leden trachtte te mobiliseren voor arbeidstijdverkorting. Van de resultaten van dit onderzoek wordt al gebruik gemaakt om de leden beter bij vakbondsactivi-

teiten zoals CAO-onderhandelingen te betrekken. Psychotische kinderen vormden het onderwerp van een studie waarop dr. H. E. M. Baartman (10 febr.) promoveerde. In zijn proefschrift stelt hij zich op het standpunt dat het gedrag van deze kinderen gezien moet worden als een „verhaal", waarvan de hulpverlener de strekking moet proberen te begrijpen. De negentien .jonge" doctores produceerden gezamenlijk niet minder dan 214 stellingen. Een paar voorbeelden; Pogingen de in Nederland bestaande vreemdelingenhaat te bestrijden zouden versterkt kunnen worden door de grote betekenis die immigratie altijd al heeft gehad, op allerlei manieren aanschouwelijker te maken, bij voorbeeld door de aandacht te vestigen op het feit dat een aanzienlijk deel van de Nederlanders van nu afstamt van Duitse gastarbeiders, of door resultaten van genealogisch onderzoek aan een breder publiek voor te schotelen dkn thans gebruikelijk is (S. Faber). Het protest van de christelijke kerken in Suriname tegen de ontmenselijkende activiteiten van het heersende militaire bewind verdient een positieve waardering. Men zou van dit optreden mogen verwachten dat het gepaard gaat met interne, op emancipatie gerichte vernieuwingen van die keren (E.O.I. Jozefzo on). De samenleving stelt de werkloze vooreen onoplosbaar dilemma. Terwijl men hem enerzijds voorhoudt zijn arbeidsethos te verminderen, zou men hem anderzijds van arbeidsschuwheid betichten als hij dat inderdaad deed (P. G. Klandermans). De term ..Hollanditis" bewijst dat in het medisch model een streven naar gezondheid soms wordt aangezien voor een ziekte (H.E.M. Baartman). De „Brede Maatschappelijke Discussie" zou aan geloofwaardigheid winnen indien er een bindend volksreferendum op zou volgen (G. Visser-Luirink).

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen