GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1983 - pagina 326

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1983 - pagina 326

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

„Gelijke van de Westerse geïndustrialiseerde naties'

ken harder, staken alleen op zon- en feestdagen (de directie onthaalt de demonstranten dan op Coca Cola en hamburgers), komen vroeger van vakantie terug dan nodig is enz. Wellicht ietwat overdreven, maar wel is hun saamhorigheidsbesef opvallend. Zij krijgen in hun onderneming garantie vooreen levenslangefunctie. De afdelingschef wordt vaak als ,,vader" aangesproken en organiseert voor zijn ongetrouwde ondergeschikt een huwelijk. Er is een Japans woord, ,,mura", dat in karakters uitgebeeld wordt door het teken voor ,,boom" en voor ,,recht": waarschijnlijk het vestigen van gerechtigheid in een plek binnen het oerwoud. Dat woordje betekent ,,dorp" en het oerwoud is allang verdwenen (Japan moet hout invoeren o.a. via niets ontziende houtkap in Indonesië). Maar ,,dorp" betekent thans ook de saamhorige groep, waartoe men behoort: een kerk, een orde van advocaten, een vleugel van de Liberale Partij, een onderneming. Iemand veegt de stoep schoon — Tokio, 12 miljoen inw., een der schoonste en veiligste steden van de wereld! Een net geklede heer botst tegen hem op en maakt ruzie. ,,lk ben directeur van Yotsua" (een klein handelskantoor) zegt hij op hoge toon. ,,En ik ben in dienst van Mitsui (een van de grootste concerns). De directeur zwijgt beschaamd en verwijdert zich. Niet het individu telt, maar de gemeenschap waartoe men behoort. Men verlaat een Japanse woning. De gastvrouw reikt de schoenen weer aan die men bij het betreden van de woning heeft uitgedaan. Aan lage tafels op de grond gezeten heeft men de maaltijden, kleurig opgediend in lakschaaltjes, genuttigd. De wereld, omsloten door fraaie houten wanden en schuifdeurtjes met rijstpapier, is er een van esthetische beslotenheid en

276

saamhorigheid. De gastvrouw blijft, ten afscheid, buigend bij de huisdeur staan. De gastheer gaat mee naar het station, waar elke halve minuut de stadstreinbinnenzoeft.,,Jasd/c/7f/(nopen en ellebogen vooruitsteken" zeg\ hij. ,,Waarom?". „Om in de trein te kunnen komen." Twee werelden, vlak bij elkaar en zelfs over elkaar heen. Saamhorigheid en wedijver. Godsdienst Is Japan godsdienstig? Of is het veeleer een cultuur die eigenlijk al geseculariseerd (ongodsdienstig geworden) was vóórdat de moderne maatschappij haar intree deed? Het Shintoïsme viel samen met sterk nationalistisch besef. Via China en Korea heeft het Confucian isme zVjn sporen nagelaten, juist ook in de ethiek van saamhorigheid. Het Boeddhisme is wijd verspreid en heeft oude godheden omgevormd tot verschijningen (bodhisattva's) van de Boeddhakracht. Belangrijk zijn, vooral sinds de laatste oorlog, dezg.,,nieuwe religies", wel meer dan honderd. Het zijn een soort sekten met merkwaardige modern-Japanse kenmerken. Soms noemen hun leiders zich ,,god". Een Japanse medechristen die onlangs een congres van wereldreligies bijwoonde, vertelde dat daar tot zijn verbazing niet slechts priesters, predikaten, tovenaars en dergelijke aanwezig waren, maar ook goden! Andere van deze religies combineren Christendom, Boeddhisme, moderne dieptepyschologie en bepaalde filosofieën. Kenmerkend voor allen is dat de leiders en aanhangers grote aandacht geven aan hedendaagse sociale vragen, maar ook aan de oude cultuurschatten van Japan. Zo heeft een nieuwe religie, ,,MOA" genaamd, een prachtig museum laten bouwen met kostbare voorwerpen.

schilderstukken enz. uit de oude Japanse cultuurgeschiedenis. Het Christendom telt in Japan minder dan 1 % aanhangers. Misschien is er steeds bij de Japanners het gevoel gebleven dat het Christendom, dat in andere landen van Azië nieuwe mogelijkheden liet zien, in Japan toch geen aansluiting gaf aan de eigen cultuur, Niet dat men voor nieuwe inzichten terugdeinst. De Japanse communicatie omvat de oude meditatie en de moderne popmuziek. De nieuwe religies hebben wel aansluiting kunnen vinden en bovendien een modern sociaal besef vorm gegeven. Het zal er om gaan dat het Christendom in Japan ten eerste een synthese (samengaan, verbinding) bewerkstelligt met de Japanse cultuur. Valt er van de verfijnde kunstzinnigheid en de drang tot meditatie niet veel te leren? Kan zich niet een eigensoortige manier van het ,, vieren", de liturgie ontwikkelen? Ten tweede zal het Christendom duidelijk moeten kunnen maken dat er diepgaande beslissingen genomen moeten worden. Ditmaal in tegenspraak tot de Japanse tendens alles als een soort ,,religie" te zien, van meditatie, tuinarchitectuur tot technologie en ondernemingssolidariteit toe. De Christenen leveren in elk geval een belangrijke bijdrage tot het onderwijs. Op het gebied van de universiteiten zijn er vele goede, van duidelijk Christelijke signatuur, o.a. in Tokio, Kyoto. Osaka. De Jezuïten-universiteit — Sophia-universiteit — en de protestantse International Ctiristian University (ICU) kunnen tot de zeven beste van Tokio gerekend worden. De ICU heeft onder haar studenten ong. 10 % christenen (voor heel Japan is dit slechts Vi %) en wit dat de docenten allen overtuigd christen zijn. Men kan dan ook in Japanse overzichten lezen dat de Christelijke deelname aan de Japanse ontwikkeling veel en veel groter is dan het geringe percentage christenen doet vermoeden. In zekere zin is Japan niet godsdienstig. Er is zoiets van een verwereldlijkte (,.geseculariseerde") en tegelijk verborgen (,,latente") religiositeit. Deze is in alles te bespeuren: in het Nohtheater, in theeceremonie, in het groepsbesef. Daarom moet men in Amerika en elders niet proberen Japans ondernemingsbeleid te imiteren, want men mist de verborgen religieuze achtergrond. De vraag is echter of voor de toekomst van de Japanse Cultuur deze ondergrond niet meer bewust moet worden. En of er dan niet sociale, culturele en religieuze beslissingen genomen moeten worden omtrent de weg die men in de toekomst in wilslaan. •

VU-Magazine12(1983)7juli1983

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1983

VU-Magazine | 520 Pagina's

VU Magazine 1983 - pagina 326

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1983

VU-Magazine | 520 Pagina's