GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1985 - pagina 191

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1985 - pagina 191

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

Engeltjesmaakster Heel veel mensen deden afstand van hun pasgeboren kind. Moord was daarbij de meest radicale, maarzeker niet de enige manier. Dood door verwaarlozing bij voorbeeld zal voorgekomen zijn, maar werd nooit bekend. Het uitbesteden aan een min was een praktijk die het kind ook niet altijd overleefde: een min had niet voor niets de bijnaam 'engeltjesmaakster'. Ik wil me hieroverigens niet aansluiten bij mensen als Stone en Shorter, die menen dat er door de hoge sterftecijfers weinig ruimte was voor moederliefde. Ik denk, dat we net zo min vrouwen uit vroeger eeuwen mogen betichten van onverschilligheid, als dat we voor onze eigen tijd mogen aannemen, dat moederliefde natuurlijk en vanzelfsprekend is. Ik sprak in het voorafgaande niet voor niets over vrouwen en 'daderessen'. Kindermoord bleek namelijk een typische vrou wencriminaliteit te zijn, mannen speelden nauwelijks een rol in de hele zaak. Voor ik hier wat verder op in ga, wil ik eerst iets meer zeggen over de vrouwen die uit de door mij bestudeerde processtukken naar voren zijn gekomen. De leeftijd van de vrouwen lag tussen de 22 en de 36 jaar, met een gemiddelde van 26. Dit werd voor een deel bepaald door de biologische grenzen van het moederschap, maar afgezien daarvan kunnen we constateren dat het niet ging om heel jonge meisjes. Drie van de dertien vrouwen woonden in een randgemeente, zoals Ouderkerk aan de Amstel of Sloten. Van de overige tien, die hun kind in Amsterdam gedood hebben, waren vier in deze stad geboren. Vier vrouwen zijn in de loop der tijd in Amsterdam komen wonen, soms pas tijdens hun zwangerschap, soms al ver daarvoor. De twee overige vrouwen hadden een apart verhaal: Neeltje Jansen werd ontslagen en beviel van een meisje toen ze onderweg was naar Amsterdam; Frederike Wiltielmi was speciaal uit Duitsland gekomen om in het geheim en onder een valse naam in Amsterdam haar kind ter wereld te brengen. In zekere, beperkte zin zou je de stad dus een toevluchtsoord kunnen noemen. Wat hun burgerlijke staat betreft bleek het vooral om ongehuwde vrouwen te gaan. Slechts één van hen, Anna Pare, was in het bezit van een echtgenoot, maar zij bleek ten tijde van de bevalling pas twee maanden getrouwd te zijn: hier was waarschijnlijk sprake van een noodoplossing, een moetjeshuwelijk. De Mietje uit het voorbeeld was

vu-Magazine 14 (1985) 4 april 1985

^:2rx:i::OZJMife

iii,'<^\A'

• ^

^^^m^^^^^oH-os^ Een kindermoordenaar, illustratie in het Geïllustreerd Politienieuws, 1879. In dit sensatieverhaal gaat het overeen dienstbode die haar l<ind in de vuile was gewikkeld meegaf aan de wasvrouw, (uit: 'De kunst van het moederschap')

weduwe. Ook wat hun beroep betreft waren er duidelijke overeenkomsten. Tien van de vrouwen hadden namelijk een dienstbetrekking, en in feite kunnen we Anna Pare daar bij tellen, omdat ze vóór haar huwelijk ook dienstmeid was, Heintje Noedels was een ventster en de Duitse Frederike was hoedenmaakster. Andere gegevens over ouders of geloof bij voorbeeld waren té onvolledig om hier te vermelden. Vrouwenoverschot Deze duidelijke verwijzing naar de ongehuwde dienstbode als meest potentiële kindermoordenares moet wel geplaatst worden tegen de achtergrond van de samenleving van die tijd. Volgens vrijwel alle demografen was er in Europa sprake van een typisch Europees huwelijkspatroon, dat gekenmerkt werd door een hoge huwelijksleeftijd en een groot aantal ongehuwde volwassenen. Uit de Amsterdamse volkstelling van 1828 bleek, dat dit voor vrouwen nog méér gold dan voormannen. De Amsterdamse bevolking kende steeds een vrouwenoverschot en dat had gevolgen voor de huwelijkskansen die vrouwen hadden. Wat hun leeftijd en burgerlijke staat betreft maakten de vrouwen die van kindermoord beschuldigd werden dus deel uit van een rij grote groep vrouwen en dat gold ook voor het beroep dat ze uitoefenden.

In de vorige eeuw was beroepsarbeid zeker voor ongetrouwde vrouwen uit de minder gegoede bevolkingsgroepen vrij normaaUEen dienstje was in het begin van de 19e eeuw, toen er in Nederland nog nauwelijks sprake was van industrialisatie, het meest voor de hand liggend: je kreeg kost en inwoning en daarnaast loon, het was een 'eerbaar' beroep en gaf meteen een opleiding tot huisvrouw. Meestal was het een tijdelijke baan tot aan de trouwdag, maar, zoals gezegd, die wilde nog wel eens op zich laten wachten. Met dit beroep was een zelfstandig gezinsleven uitgesloten: een dienstbode was opgenomen in het werkgeversgezin en moest te allen tijde beschikbaar zijn. Ze werkte er niet alleen, ze woonde er ook en stond daarom onderzedelijk toezicht. Volgens de demograaf Hofstee was er sprake van een iets zwakkere controle op doen en laten van het personeel onder invloed van Verlichtingsideeën. Volgens mij werd dit juist strenger door de opkomst van een moederschapscultus en een visie op het gezin als 'hoeksteen'. Zeker ten opzichte van personeel moest de moraal hoog gehouden worden. Bovendien hadden werkgevers geen enkele behoefte aan bevallingen of kinderen in huis, want dat zou het werk van de dienstbode niet ten goede komen. Zo stuurde Mietjes mevrouw haar weg met de woorden:

153

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1985

VU-Magazine | 530 Pagina's

VU Magazine 1985 - pagina 191

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1985

VU-Magazine | 530 Pagina's