GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1995 - pagina 317

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1995 - pagina 317

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Na de oorlog kwam Charlotte's werk in handen van haar vader en zijn tweede vrouw, die in Nederland ondergedoken hadden gezeten. Uit de grote pakketten kwam de serie gouaches tevoorschijn waaraan Charlotte vanaf I94I twee jaar lang vrijwel onafgebroken gewerkt had. Dag in dag uit zat ze te schilderen, meer dan duizend taferelen met begeleidende teksten, waaruit ze uiteindelijk 769 gouaches selecteerde die ze nummerde en rangschikte tot het 'driekleurenzangspel' dat zij als titel gaf 'Leben? oder Theater?' Het titelblad vermeldt in blauw, rood en geel de namen van de spelers en de datering: het stuk speelt zich af tussen 1913 en 1940 in Duitsland en later in Nice in Frankrijk. Het bestaat uit een voorspel, een hoofddeel en een nawoord. Hoewel het onderwerp van de reeks schilderijen de geschiedenis is van Charlotte's eigen leven, kan 'Leben? oder Theater?' niet zonder meer als een autobiografie of als een dagboek in schilderijen worden beschouwd. Charlotte Salomon heeft heel bewust haar leven omgevormd tot een theaterstuk, een zangspel, waarin de mensen die ze gekend heeft, personages zijn geworden met een toneelnaam. Ook over zichzelf spreekt ze in de derde persoon; alleen in het naschrift dat eigenlijk niet bij het kunstwerk hoort, gebruikt ze het woordje 'ik'. In het stuk zelf heet ze Charlotte Kann, de dochter van dokter Albert Kann en Franziska Knarre. 'Leben? oder Theater?' begint met een zelfmoord. In bruine en zwarte kleuren wordt een novemberdag in het Berlijn van 1913 geschilderd. Een jonge vrouw verlaat het huis van haar ouders en verdrinkt zich in de rivier. Het is de jongere zus van Charlotte's moeder. De familie is geschokt, de achtergebleven zus voelt zich schuldig, maar niemand spreekt erover. Over zelfmoord kun je beter zwijgen. Het voorval is tekenend voor de familiegeschiedenis van Charlotte Salomon. De Duits-joodse familie van moederszijde wordt beheerst door een lange traditie van zelfmoorden. Voor de kleine Charlotte, die vijf jaar na de dood van haar tante wordt geboren, houdt men de geschiedenis geheim. En als haar eigen moeder zich een paar jaar later uit het raam gooit - Charlotte is een kind van acht - heeft iedereen het over een fataal verlopen influenza.

"Na een kort ziekbed" staat er op de rouwkaart. Charlotte Salomon is 22 jaar als ze met het familiegeheim wordt geconfronteerd. Het is 1939 en ze heeft op de vlucht voor het nationaal-socialisme Berlijn verlaten en woont bij haar grootouders aan de Franse Rivièra. De twee bejaarde mensen zijn al in 1933 uit Duitsland weggegaan en slijten hun oude dag in een vreemd land. Charlotte is het enige kleinkind. Hun beide dochters hebben ze door zelfmoord verloren. De grootvader is een lastige, tamelijk tirannieke man, de grootmoeder lijdt aan depressies. Geen onverdeeld prettig gezelschap voor een jonge vrouw. Charlotte trekt zich zoveel mogelijk terug en maakt schetsen en tekeningen van de tuin. In september van dat jaar komen er steeds meer berichten over de oorlog die zich snel over Europa uitbreidt. De oude grootmoeder kan het niet meer aan. Ze knoopt een touw om haar nek en probeert zich te verhangen. Voor Charlotte die haar oma halfdood in de badkamer vindt, vormt de gebeurtenis een keerpunt in haar leven. Een paar dagen later vertelt de grootvader haar het verhaal dat nooit verteld mocht worden: in deze familie heeft de een na de ander zelfmoord gepleegd. "Mijn leven begon op de dag dat mijn grootmoeder zich van het leven wilde beroven", schreef Charlotte later, "op de dag dat ik te weten kwam dat mijn moeder zelfmoord had gepleegd, evenals haar hele familie toen ik te weten kwam dat ik de enige overlevende was, en toen ik diep in mezelf dezelfde neiging voelde, de drang om me over te geven aan de wanhoop, me over te geven aan de dood." KRANKZINNIG

In het voorjaar van 1940 doet de grootmoeder een tweede poging: ze laat zich uit het raam vallen en is op slag dood. "Ik haat hen allemaal", is alles wat Charlotte zeggen kan. De angst slaat toe: "Ik geloof dat het bij mij ook al begint. Lieve God laat me niet krankzinnig worden." Charlotte voelt zich voor een keuze geplaatst: of ze zou ook zelfmoord plegen of ze moest "iets krankzinnig bijzonders" ondernemen. Ze koos voor het laatste en begon te werken aan de reeks schilderijen die later 'Leben? oder Theater?' zouden vormen. "In plaats van je op zo gruwelijke wijze van het leven te bene-

WETENSCHAP,

CULTUUR

es) SAMENLEVING

23

- JULI/AUGUSTUS

men, moet je je kracht gebruiken om je leven te beschrijven", houdt ze zichzelf voor. Charlotte neemt haar intrek in een hotelletje op een klif aan de Middellandse zee en begint als een bezetene te schilderen. Ze schildert haar hele geschiedenis. "Mijn hartstocht voor tekenen werd steeds groter, hoe meer ik voelde dat er zegen op rustte. De oorlog woedde voort en ik zat aan zee en keek diep in de harten van de mensen", schrijft ze in de epiloog van 'Leben? oder Theater?' Ze is begonnen met de beelden uit de jaren vlak voor haar geboorte, vervolgens schildert ze in heldere kleuren de taferelen van haar jeugd - het ouderlijk huis, de onbegrijpelijke dood van haar moeder, de vele gouvernantes die het meisje moesten opvoeden. Met de tweede al-cte doet de politiek haar intrede in het werk, om er vervolgens niet meer uit te verdwijnen: het is 30 januari 1933, een rode vlag met een ballenkruis wappert boven de anonieme massa. Met niet aflatende nauwkeurigheid en oog voor detail schildert Charlotte Salomon de wederwaardigheden van het joodse gezin, en van hun vrienden en bekenden, tegen de achtergrond van het opkomend nationaalsocialisme,- hoe haar vader zijn baan in het ziekenhuis verliest, hoe haar stiefmoeder de beroemde zangeres Paula Salomon-Lindberg alleen nog voor joods publiek mag zingen, hoe Charlotte zelf gevochten heeft om als jodin tot de kunstacademie in Berlijn te worden toegelaten. De stapel schilderijen wordt met de dag groter. De eigenares van het ZuidFranse hotelletje herinnert zich Charlotte nog goed: "Ze zat altijd maar te schilderen en te neuriën. We vroegen ons af of en wanneer ze at, of wanneer ze sliep." Charlotte werkte onafgebroken door. Ze had haast. De situatie voor de joden in Europa werd met de dag benarder. Al heerste aan de Rivièra nog betrekkelijke rust, de dreiging nam onmiskenbaar toe. "Ik moest het afmaken", schrijft ze, "tot iedere prijs, wat konden de politie of mijn grootvader me schelen." De haast is aan het werk af te lezen. In de loop van de serie worden de gouaches minder gedetailleerd, de stijl wordt losser, de streken snel en gedurfd. In de onlangs in het Nederlands vertaalde biografle van Charlotte Salomon benadrukt de Amerikaanse 1995

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1995

VU-Magazine | 588 Pagina's

VU Magazine 1995 - pagina 317

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1995

VU-Magazine | 588 Pagina's