VU Magazine 1996 - pagina 205

SERVICEKArERN Meer slechtzienden door apparaten Apparaten als geldautomaten, afstandsbedieningen en keukenappazatuur stellen zulke hoge eisen aan het gezichtsvermogen, dat het aantal slechtzienden dreigt toe te nemen. Dat stelde prof.dr A.C. Kooijman op 9 april in zijn oratie als bijzonder hoogleraar videologie aan de Rijksuniversiteit Groningen. Mensen met een goed zicht kunnen prima met de nieuwe apparatuur overweg, maar wie een minder goed gezichtsvermogen heeft raakt in de problemen. Meer mensen dan voorheen worden hierdoor aangemerkt als 'slechtziend'. Kooijman stelt dat de toename van het aantal slecht-

Pagina

baar, meent Kooijman. Hij vindt dat dergelijke apparatuur moet worden aangepast aan mensen met een slechter gezichtsvermogen. Gebeurt dit niet, dan neemt het aantal mensen dat als 'slechtziend' wordt beschouwd onnodig toe. Twee dagen na Kooijman promoveerde aan de TU Eindhoven ir Leo Poll op een methode om moderne computers beter toegankelijk te maken voor blinden. Poll maakte de verschillende keuzemogelijkheden hiertoe op het beeldscherm hoorbaar. Het scherm bootste hij na met behulp van een liggend vlak met een opstaande rand, waar de bediener zijn muis overheen laat glijden.

zienden niet zozeer wordt veroorzaakt door de vergrijzing, maar door de moeilijke leesbaarheid van allerhande elektronische informatie. Verschillende apparaten zijn zodanig ontworpen dat slechtzienden er niet mee overweg kunnen. In het geval van geldautomaten zijn ze in toenemende mate aangewezen op hulp van anderen. Een recente boosdoener is het zogeheten 'dynamische busstation', waarbij reizigersinformatie op een steeds geactualiseerd elektronisch scherm wordt aangegeven. Maar ook computerschermen zijn voor minder goedziende mensen slecht lees-

De gnauen liggen ml in Rijnsbung begraven Volgens onderzoeker drs J.N. Lanting van het Groninger Biologisch Archeologisch Instituut (BAI) liggen Floris IV en Floris V wel degelijk begraven in de Nederlands Hervormde Kerk van Rijnsburg. Recentelijk beweerden de fysisch antropoloog G. Maat en amateurhistoricus E. Cordfunke in NRC Handelsblad dat in Rijnsburg niet Floris V en zijn familieleden zijn begraven. Het zou gaan om resten van veel oudere datum. In april 1992 kwam onderzoeker Lanting in dit blad tot een andere conclusie: ondanks twijfel aan de juistheid van de identificatie van enkele skeletten zijn de graven van Holland wel degelijk in Rijnsburg begraven. Lanting was met name zeker van Floris IV en V.

Oorzaak van de twijfel aan de juistheid van de identificatie was in 1992 vooral de datering met behulp van de C14-methode, die het mogelijk maakt de ouderdom van organisch materiaal vast te stellen. Datering met die methode leverde veel hogere 'leeftijden' van de resten op. Daarvoor was echter een verklaring: de ouderdom van vis valt met de C14-methode altijd te hoog uit en het was aannemelijk dat de graven veel vis hadden gegeten. Ook antropoloog Maat maakt in NRC Handelsblad melding van problemen met de C14-datering en onderzoeker Hans van de Plicht van het C14-laboratorium van de Rijksuniversiteit Groningen beaamt dat de botten te oud zijn. Over de invloed van visconsumptie op de dateringen is onvol-

WETENSCHAP,

CULTUUR

doende bekend, relativeert hij, maar de marge is gewoon te groot. Ziet Lanting nu aanleiding op zijn standpunt terug te komen? "Nee", luidt het antwoord. "Ik blijf voor honderd procent achter mijn conclusies staan. Ik heb een artikel in voorbereiding dat binnenkort verschijnt in het blad van het BAI. Daarin kom ik met uitgebreider en beter feiten-

23 25 2B 28 29 30

Nieuws Media Boeken Columns Tentoonstelling Agenda

Eindredactie: Mark Traa Bijdragen:

Eric Le Gras Koos Neuvel Gert J. Peelen D. Prinsen Eric-Jan Tuininga Bart Voorzanger

Wordt op het aangekoppelde beeldscherm een apart venster bereikt, dan klinkt er een 'klik'. Terwijl de muis zich binnen het venster bevindt, hoort de bediener een zachte ruis. De computer heeft daarnaast een stem die de bediener begeleidt, (MT) materiaal en ga ik dieper in op de invloed van het eten van vis op dateringen van menselijke resten met de CI4-methode. Het blijkt dat het eten van zoetwatervis veel meer effect heeft dan het eten van zeevis. Omdat tot nu toe met de afwijkingen door het eten van zeevis rekening werd gehouden, geloof ik dat de verschillen in dateringen kunnen worden overbrugd." (ELG) Situatieschets vingen.

van de opgra-

-On

W. GLASBERGEN

&> SAMENLEVING

23

- MEI

1996

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen