GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1998 - pagina 22

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1998 - pagina 22

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

idee van genen als 'blauwdruk', van de opvatting dat je organismen kunt opdelen in losse eigenschappen die elk netjes corresponderen met één gen. Elke eigenschap is het product van veel, zo niet alle, genen,- elk gen heeft invloed op een veelheid aan eigenschappen, zelfs soms op eigenschappen van andere organismen dan die waarin ze zelf zitten. Ons koopgedrag wordt mede beïnvloed door smaak en uiterlijk, dus door de genen, van de beschikbare voedingswaar. En dat gedrag is medebepalend voor het voortbestaan van de betrokken variëteiten, dus van hun genen. In die zin maken aspecten van ons gedrag deel uit van het 'uitgebreide fenotype' van de genen van manga's en tomaten. Los van de vraag of dit een verhelderende manier van kijken is, de suggestie dat Dawkins ons Darwin plus een beetje meer van hetzelfde voorschotelt, is gewoon onzin. Meteorietinslag Stephen Gould is Morgans voorbeeld van de andere strategie tegenover een overweldigende voorganger: "Gould heeft Darwms autoriteit willen weerstaan door de kracht van diens theorie te bagatelliseren en te beweren dat ze niet veel verklaart". Gould is voor Morgan vooral de medeopsteller, samen met Niles Eldiedge, van een nieuw evolutiemodel: onderbroken evenwichten. Een centrale gedachte daarvan is dat levensvormen niet geleidelijk uit oudere levensvormen voortkomen, maar dat korte perioden van snelle evolutionaire diversificatie onderbrekingen vormen in een geschiedenis van het leven die vooral door stilstand wordt gekenmerkt. Meer dan dat aspect bespreekt Morgan niet. En dan is het makkelijk om van Goulds idee een bij nader inzien ondergeschikte variatie op Darwins grote thema te maken. Darwin zelf heeft al gesuggereerd dat evolutie geen continu en geleidelijk proces hoeft te zijn. De werkelijkheid is ook hier ingewikkelder. Of ze nu wel of niet in lange perioden van evolutionaire stilstand geloofden, het standaardbeeld van darwinisten komt erop neer dat concurrentie de motor van de evolutie is. Als nieuwe variaties het beter doen

22

wcs

JANUARI/FEBRUARI

1998

dan de gangbare, nemen ze de zaak over en gaat de evolutie een stapje vooruit. Als nieuwe variaties geen verbeteringen met zich brengen verdwijnen ze weer en zien we stilstand, evenwicht. Moe geleidelijk evolutie verloopt is dan vooral een kwestie van het moment waarop toevallige verbeteringen zich voordoen. Grote veranderingen zijn het gevolg van een opeenstapeling van kleine veranderingetjes. Deze visie is door Gould en zijn medestanders ter discussie gesteld. Een mogelijk alternatief is dat grote rampen die het leven op aarde tijdelijk decimeerden, een beslissende rol hebben gespeeld omdat ze ruimte creëerden voor evolutionaire experimenten die in een volle wereld in de kiem zouden zijn gesmoord. Evolutie wordt dan mede een zaak van zo nu en dan eens even géén concurrentie. In de traditionele opvatting legden bijvoorbeeld de dinosauriërs het af tegen de zoogdieren omdat die sneller, slimmer en efficiënter waren. De alternatieve zienswijze komt erop neer dat zoogdieren pas snel, efficiënt, slim en uiterst divers konden worden toen de dinosauriërs door een meteorietinslag, en de directe en indirecte gevolgen daarvan, verdwenen. In de traditionele opvatting is de veelheid aan basale levensvormen uit het Cambrium ontstaan in de periode daarvoor, en wel door een geleidelijke diversificatie die zich bij gebrek aan fossielen goeddeels aan onze waarneming onttrekt. Een alternatief is dat het ging om een zeer snelle explosie van bouwplannen in een nog vrijwel lege en selectieloze wereld. In de traditionele opvatting, ook in die van Darwin, zijn u en ik er omdat het leven zich uiteindelijk wel tot u en mij moest ontwikkelen. In de alternatieve visie zouden we er wellicht nooit geweest zijn als bijvoorbeeld die meteoriet aan het eind van het Krijt de aarde net gemist had. Je kunt dat soort visies beschrijven als voetnoten bij Darwin. Er zijn filosofen die vijfentwintig eeuwen wijsbegeerte afdoen als voetnoten bij Plato en Aristoteles. En Morgan zelf vindt zijn inspiratie bij een schrijver die de complete Europese literatuur van de

afgelopen eeuwen beschouwt als voetnoten bij Dante en Shakespeare. Met is de vraag of dat verhelderend is, maar Morgans verhalen over evolutiebiologie zijn dat in elk geval niet. Daarvoor berusten ze gewoon op te weinig kennis van zaken. Morgan heeft wat gegrasduind in de meest toegankelijke werken van de geïnterviewden, en daarna vrolijk een poosje met ze gebabbeld. Het leidt geen twijfel dat je van enige afstand soms meer ziet dan de mensen die ergens middenin zitten, maar weinig weten is geen voldoende voorwaarde voor zulk soort overzicht. Morgan zag in de evolutiebiologie wat hij zien wilde, en liet het daarbij. Romantisch beeld Morgans boek is op allerlei plaatsen uitgebreid besproken. Kennelijk raakt hij een gevoelige snaar. Maar de reacties waren meestal niet erg enthousiast. Dat zegt natuurlijk weinig. De onderzoekers die hun werk vernieuwend achten, zien hun pretenties doorgeprikt, en de onderzoekers die het bestaande tot in detail uitwerken zien hun noeste invulwerk gebagatelliseerd. En beide groepen hebben reden om voor hun baan te vrezen als Morgan gelijk heeft. Althans zo lijkt het. Gelukkig kunnen we beide groepen geruststellen. Morgan heeft een erg romantisch beeld van de wetenschap. Mij werd wetenschapsjournalist omdat hij "de wetenschap - de zuivere wetenschap, het zoeken naar kennis in het belang van de kennis zelf - de meest bewonderenswaardige en betekenisvolle van alle menselijke ondernemingen" vond. "Wij zijn hier om uit te zoeken waarom we hier zijn." Mij zoekt bij de wetenschap antwoord op een religieuze vraag, zo ongeveer als Moos die zijn horloge verloor in de Spaarpotsteeg en dan gaat zoeken in de Kalverstraat omdat daar meer licht is. En impliciet neemt Morgan aan dat iedereen zo tegen wetenschap aankijkt. De onderzoekers die ik ken grijpen minder hoog. Ze maken zich zorgen over het milieu, en hopen met meer inzicht in het reilen en zeilen van oecosystemen

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1998

VU-Magazine | 492 Pagina's

VU Magazine 1998 - pagina 22

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1998

VU-Magazine | 492 Pagina's