Welke zijn de vooruitzichten voor de Studenten der Vrije Universiteit? - pagina 6

6

uw

Ongetwijfeld met

dan

grond

ook

hartelijke instemming, snijd ik op dien

aanstonds

al

andere

alle

vragen,

de

Universiteit rakende, behalve die ééne die aan de orde

Vrije is,

met

onverbiddelijke gestrengheid uit het debat weg. Over het recht tot Universiteitsstichting, over onze

verhouding

hoogescholen,

der

curateele

maar voor dat

geredetwist,

mag

Ditmaal

het

van

einde

en

onze

engomschrevene

we nu

doel zijn

tegenstander

orde gesteld, en dat ééne punt

de

tot de Overheids-

en zooveel meer,

kerk

niet

slechts e'éne vraag bezig

ons

verweerder

voor

de

voor lange dagen gedebatteerd en kan ook na dezen

reeds

is

over

en

samenkomst, scherj)belijnde

saamgekomen.

houden; thans

is

slechts één enkel punt aan

en

is

blijft

van nu

tot

aan

eeniglijk en uitsluitend de

vraag:

Wat

zijn

de voor-

uitzichten

voor de Studenten der Vrije Universiteit? Daarover

mag

gezegd

alles

;

over ,wat daar buiten valt stuit ik elk woord

op de grenzen. Eene, zoo ik hoop, duidelijke verklaring, M. H., waaraan ik met

uw welnemen, toevoeg,

t.

dat

heid,

of

iets

even duidelijk, naar ik wensch, nog deze andere

w. dat ik hier sta op mijn eigen verantwoordelijk-

door niemand

hier

iemand

gesproken

officieel,

door niemand namens

worden,

zal

en dat dus noch op

rekening der Regelingscoramissie, noch op rekening der Vrije Universiteit

vrienden

we

zijn

bindt,

mag

mocht

geschoven,

wat

worden gezegd.

opgetreden, met

door

mij

of

een

mijner

Als mannen onder mannen

geen anderen band die ons samen-

dan die van saam burgers in eenzelfde Vaderland

te zijn.

Alzoo wat er hier door mij raiszeid mocht worden, dat worde niet op de Vrije Universiteit, maar uitsluitend op mij persoonlijk verhaald.

Een

ieder spreekt hier uit zijn

ook een ieder staat of valt hier Volstrekt

het

en

btiiten

niet

om

het

ia

zijn

deljat te

eigen hoofde, en dus

eigen Heer.

brengen, maar juist

om

het debat te dringen, stip ik dan ook slechts even

een dubbel misverstand aan, dat, hield het stand, helderheid van onze bespreking zou benevelen; ik

ter loops

licht

de

bedoel de beide verkeerde meeningen, alsof een Universiteit /«e< doel van haar bestaan xiitsluitend in de studenten had, en ersfer nosf, alsof denten

een

Universiteit

als

aansprakelijk ivare

zoodanig ooit voor de toekomst harer stute

stellen.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen