Tractaat van de reformatie der kerken - pagina 16
BRON VOOR DE KENNIS VAN HET KERKRECHT. werkingen en krachten inbracht en inbrengt, die naar vaste', wet en op bepaalde wijze, zijn kerk deden ontstaan en in stand houden. De wereld baart geen kerk uit den schoot van haar eigen onder vloek verzonken leven. Eer druischt haar leven lijnrecht tegen het wezen der kerk in; ze duldt de kerk niet en reageert tegen haar, als tegen een macht, die op beperking en intooming van 's werelds zondigen aard is aangelegd. De wortel der kerk schuilt alzoo niet in de wereld, maar buiten haar, in den raad Gods. In den raad Gods is het eeuwige welbehagen, om in weerwil van zonde, dood en duivel toch ten slotte alle ding op de eere van God Drieëenig te doen uitloopen; is te dien einde het bestel van een Koninkrijk der heerlijkheid, waarvan vast en onwankelbaar de troon eeuwig staan zal is de zalving van den Middelaar tot Koning in dat Koninkrijk, tot Vorst om op dien troon te is de verordineering voor dien Koning van een volk, dat, als zitten één lichaam, onder Hem staat en aan Hem als het Hoofd verbonden wierd; en is eindelijk de verkiezing van de enkele personen, die als onderdanen van dien Koning, rechtens leden van dat lichaam zijn. Door de uitwerking en volvoering van dien raad ontstaat nu in deze
nog
ligt,
;
;
wereld de
kerk, op eene voor ons onbegrijpelijke wijze. Naar deze God uit, woorden, krachten, werkingen, invloe-
wereld gaan namelijk van den, zendingen is
;
en de vrucht van deze veelsoortige invv-erkingen Gods, komt; hoe ook de wereld tegenwoelt, er blijft;
dat de kerk er
en,
in haar eigen boezem insluipt, ja soms inharen levenswortel, steeds wast naar den door God voor
ondanks de zonde die
kankert
tot in
haar bestelden wasdom.
Deze woorden, krachten, werkingen, invloeden en zendingen, die van God naar de wereld uitgaan, duren van den aanbeginne tot nu toe onafgebroken voort en zullen voortduren zoolang de Bruid den Bruidegom inwacht. Hielden die ook maar één oogenblik op, de kerk zou verdorren, sterven en niet meer zijn. Niemand mag deze woorden of werkingen of zendingen Gods dus bepalen tot den tijd die van Adam in het paradijs tot Johannes op Pathmos verliep. Onbeperkt duren ze veeleer ook van Johannes tot in onze dagen, en zullen ze duren tot Jezus' wederkomst. Slechts moet tusschen deze inwerkingen Gods van toen en nu, naar
haar uiteenloopenden aard en hare verschillende bedeeling, on-
derscheiden.
Vooral op tweeërlei onderscheiding dient hier gelet. Vooreerst, dwingt elk leven tot een tweeledige vraag, t. w.: Hoe ontstaat het leven? en ten andere: Hoe wordt het eens ontstane leven nu voorts
gevoed, onderhouden, bestendigd?
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1884
Abraham Kuyper Collection | 226 Pagina's
![Tractaat van de reformatie der kerken - pagina 16](https://geheugenvandevu.digibron.nl/images/generated/abraham-kuyper-collection/tractaat-van-de-reformatie-der-kerken/1884/01/01/1-thumbnail.jpg)
Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1884
Abraham Kuyper Collection | 226 Pagina's