Het keerpunt in de jongste geschiedenis van kerk en staat - pagina 204
de eerste bladzijde der tweede afscheiding
DE ONDERNOMEN VELDTOCHT.
186
uitspraak
de
met
plaats
gelijktijdig
van
oproer
liet
Amsterdam, nadat
te
Amsterdamscbe Tuchtzaak bekend geworden was. Noch het vond
Standaard of Heraut, of
in
Geen wonder,
deeling.
er tegen verhieven.
de
Januari.
6
Zoo
De
ging
25*''^''
het
diepe verontwaardiging te doen hooren, en was het zelfs
Maar,
woord van
een
maar geraden, over
ook nu de schuld
te wer-
evenals Ds. Westhoff, slechts zijn plicht gedaan had.
die,
men nu
als
noch het ander
Juli was eigenlijk slechts
moeilijk,
die tooueeleu den mantel der liefde te werpen, en
pen op den man
een,
de
in
de Chefs het niet zoo erg vondeu. de knechten
dat, als
van
vroei^er
iu een der echo's, eene verdiende veroor-
nog minder hunne stem voortzetting
weken
drie
Kerkbestuur van Noord-Holland
het Provinciaal
van
hetzelfde
recht van protest verloren.
Vooral merkwaardig
is
zijne tegenpartij ervaart, heeft
Evenwel, het vernuft der Barabbasseu de interpellatie, door den heer
Lohman
men is
alle
groot.
als afge-
kwam
vaardigde tot den Minister gericht in de zitting van 29 Juli.
Zij
op
gehouden had
eene
castigatie
van het openbaar gezag, omdat
dit zich
aan de erkende vertegen wooi'digers van de Kerk, en ging eigenlijk de
stelling, dat, als lieden die
pretendeeren dat
zij,
uit
neer
van
niettegenstaande het be-
stuur hunner vereeniging hun lidmaatschap vervallen verklaarde, nog leden
daarvan
en iu die gepretendeerde kwaliteit stelen willen, het openbaar
zijn
gezag aan die pretensie zulk een recht moet toekennen dat
het,
erkende bestuur daartegen opkomt, die lieden laat stelen, enz.
schoon het
De
Minister
werd door het prov. kerkbestuur aan het kerkbestuur opgedragen om, zóó de inschrijving nog niet had plaats gehad, den kerkeraad te gelasten, het alsnog binnen 14 dagen te doen. Deze verklaarde, na de lastgeving te hebben ontvangen, op den ingeslagen weg te
zullen voortgaan,
Door
het
Bestuur
opgedragen,
verplichting
geven,
van
en
betuigde met de genoemde XII artikelen.
en
aan
te
wenden,
om
den kerkeraad van zijne dure
uitspraak van het prov. kerkbestuur gevolg te
de
of het van plan. was, de zaak nu volgens de bepalingen van het reglement opzicht
echter
gevoelen, af
gebonden
W. instemming
pogingen aan]
alle
overtuigen
te
kerkelijk
weigerde
mej.
tenzij
prov. kerkbestuur werd alsnu opnieuw tot viermalen toe aan het Klassikaal
te
aan
en
behandelen en af
tucht te
de opdracht
te
te
doen. Het Klassikaal Bestuur
voldoen en verklaarde ten
wijken_|"van zijne tot nu toe gevolgde gedragslijn
achtte,
om
te
slotte ;
geen vrijheid
gehoorzamen aan de uitspraken van Gods woord, en
het zich
Merkelijk Ijezwaard vond, den kerkeraad te noodzaken, tot de inschrijving van mej.
over ])rov.
gaan of
te
de inschrijving
te
doen.
W.
te
bewegen, .doch
grond van een en ander
't
was
zijn
al
W.
Als uiterste poging zond het
kerkbestuur nog een commissie naar den kerkeraad,
van mej.
Op
in diens plaats
te
dat de kerkeraad zich
om hem
tot
de inschrijving
weder vruchteloos
de genoemde predikant en kerkeraad schuldig
ver-
klaard aan verzuim en vergrijp in de uitoefening van hunne kerkelijke betrekkingen en in
de
waarneming van hunne kerkelijke bediening en ambten voor den
weken geschorst, zonderj
verlies van
tijd
van
vier
tractement, met bepaling, 'dat de schorsing ingaat
op den dag, waarüp_ deze uitspraak kracht van gewijsde
zal
hebben verkregen.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1887
Abraham Kuyper Collection | 436 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1887
Abraham Kuyper Collection | 436 Pagina's