Uit de diepte - pagina 584
578
na ontvangen genade zich op dat genadewerk Gods
in
hnnne
verheffen en tot de zonde zich overgeven, gehoor gevende aan Satans verleiding, zij maken zich aan verzoeking schuldig. En waar God niet kan verzocht worden met het kwade, daar keert elke verzoeking, den Heere aangedaan, ten kwade en verderve tegen den mensch zelven, waaruit hij niet kan verlost, tenzij dan door den Heere Jezus, die daarom juist verzocht is en ter verzoeking Gods is aangespoord, opdat Hij, in de verzoeking des Satans sterkte geven en van de schuld der verzoeking, Gode aangedaan, zijn volk verlossen zou. Ook den laatsten aanval, door Satan beproefd, heeft de Heere Jezus als een held zegevierend afgeslagen. Wederom nam de duivel Hem mede op een zeer hoogen berg en toonde Hem al de koninkrijken der wereld en hunne heerlijkheid, en zeide tot Hem: 5>Alle deze dingen zal ik geven, indien Gij, nedervallende, mij zult aanbidden." Gelijk de Heere aan Mozes van den Nebo een duidelijken blik gunde over Kanaan, niet zooals het toen zich aan het oog vertoonde, maar zooals het straks, verdeeld onder en bewoond door de twaalf stammen Israels, in werkelijkheid zou bestaan alzoo aanschouwde de Heere Jezus van den hoogen berg, waarop Satan Hem leidde, in éen oogenblik al de koninkrijken der wereld met al hunne heerlijkheid, die Hij alle onder zijne heerschappij kon zien gesteld, zoo Hij slechts Satan aanbidden en dienen wilde. Hoe driest vermetel en ontzettend maar ook hoe vreeselijk en geis zulk een eisch van Satan De vaarlijk is deze laatste verzoeking voor den Heere Jezus vraag, of Satan werkelijk de macht had, om die heerschappij den Heere Jezus over te geven, moet in zekeren zin bevestigend beantwoord. Hij is werkelijk de overste der wereld, die door de verleiding van den mensch, als het hoofd der schepselen, zich de heerschappij over hem en zijn gebied heeft toeziel
ü
,
;
!
geëigend.
Had God de Heere den mensch, als naar zijn beeld geschapen, tot een hoofd en heerscher over al zyn aardsche schepselen gesteld (Gen. 1 28), Satan heeft den mensch door voorspiegeling van Godgelijkheid en souvereine heerschappij ten diepsten val gebracht en hem geheel en al onder zyne macht gesteld. En nu, onderworpen aan Satans macht, is voor dezen tijd den meest getrouwen en gehoorzamen dienaar van Satan de grootste macht verzekerd, welke macht, in het einde der eeuwen in den antichrist verpersoonlykt, onbeperkt :
en ten hoogsten toppunt verheven zal zijn, om dan ook voor eeuwig vernietigd te worden (2 Thess. 2 3, 4). Kon nu Satan :
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1887
Abraham Kuyper Collection | 820 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1887
Abraham Kuyper Collection | 820 Pagina's