Uit de diepte - pagina 237

;

231

Vandaar hunne kracht, moed en volharding. Zij spreken, wat in hen leeft, en openbaren dit ook in hun doen. De waarheid Gods openbaart zich in en door hen. Zij zijn de dragers der waarheid, de instrumenten, waarvan zij zich bedient, maar zelfbewuste instrumenten, door de wonderbare en onwederstandelijke werking van God den Heiligen Geest met haar in overeenstemming gebracht en bekwaam gemaakt om haar te dienen. De Heilige Geest brengt hen als het ware door de waarheid, die in hen leeft, in beweging. Zoo durven en kunnen, ja zoo moeten zij leeren en werken in den naam van Jezus, temidden van de bitterste en machtigste vijanden. Zij kunnen niet anders, hetgeen zij ook een vorige maal reeds voor den Joodschen Raad hebben verklaard, als zeiden: »Wij kunnen niet laten te spreken, hetgeen wg zij gehoord en gezien hebben." En zou het nu niet door alle eeuwen en geslachten tot op den huldigen dag nog evenzoo zijn ? Of is de waarheid Gods sedert leugen bevonden of verkeerd ? Of heeft zij hare kracht verloren? Of is de Heilige Geest teruggeweken van de aarde? Wel wordt het in onze dagen beweerd, al stouter en stouter zelfs, zoodat, wie nauwelijks of nog niet eens den kinderschoenen zijn ontwassen, het met zeker gezag u verzekeren, dat de waarheid Gods veranderd is, en dat dwaas is een ieder, die aan haar nog vasthoudt. En de Heilige Geest is er nooit geweest. En moet het al worden erkend, dat de eerste Christus-

met bijzondere kracht en moed gearbeid en groote hebben dan wordt dit aan een niet geringe mate van dweepzucht en opwinding toegeschreven. Maar ook onder de meer ernstige en vrome lieden, zelfs

predikers

dingen gedaan

,

onder hen, die den Heere Jezus in waarheid liefhebben, ja, onder zijn volk wordt soms de klacht des ongeloofs gehoord, dat de Geest Gods uit het midden van zijn volk, uit do kerk, is geweken. Daaraan moet het naar hunne meening worden toegeschreven, dat er zoo weinig moed, vrij- en blijmoedigheid is om te getuigen en te arbeiden in den naam des Heeren Jezus dat er zoo weinig krachtige daden, wouderen en teekenen gezien worden dat het ongeloof en de vijandschap tegen God en zijn dienst zich gedurig stouter doen gelden. Tegenover alle dezen wijzen wij op het Woord Gods, het dierbaar Evangelie van den Gekruiste, dat nog staat tot op dezen dag; al is de standaard, waarop het geplaatst is, nu hoogor, dan lager, het is niet ondergegaan. Nog wordt de naam van Jezus vrijmoedig beleden, en ook in zyn naam gearbeid door ouden en jongen, door geletterden en ongelet;

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen