Locus de Consummatione Saeculi - pagina 754
College-dictaat van een der studenten
n
42-2
College-dictaat van een der studenten (Dogmatiek).
„f^at ook
onze
Overheid
heginnen
overtreders aanstonds van het leven
godsdienst
valschen
en
afgoderij
te
met maatregelen
niettegenstaande alle
godsdienst
te
iveren en uit
te
verharde Godslasteraar
een
te
te
bij
hem
loeren.
de afgoderij en valschen
zijn, zeker, 1
de
aan Neemt
die zich
ivachten. Blijkt echter iemand,
te
roeien, onverbeterlijk te zijn; blijkt hij
hj straf n i e t minder over hem, dan over openbaart,
om
nem.cn, niet
bij hen,
schuldig snaken, die zonden
dan is Gods zegen aangewende middelen, om
verstandige maatregelen,
zij
te
maar om
berooven,
door lietgeen
dan zou de dood-
an d v e r r a d e r s
e
n an d e r e
moeten uitgesproken worden." Het beginsel der gescheidene Gereformeerde kerken, die de belichaming zijn van de idee, die b.v. in Schotland in de Free Church in hot licht trad, welk beginsel steeds beleden is als te zijn: scheiding van kerk en staat, gegrond op de stelling, dat dwaling niet strafbaar stelt voor de Overheid, wordt hier das zoo kras en beslist als het slechts kan door een gevierden tolk uit de Theologische school dier kerken bestreden en veroordeeld. In een volgend nummer van de Heraut heet het: Hiermede
aangekomen op
afdoende punt:
het alles
Wd
God de Heere,
zijn
we
dus
dat de Overheid
van het soort Servet doode, of wil de Hecre
in het uiterste geval een' ketter dit niet?
Komen we
dus thans
tot het
Woord
Gods metterdaad den ketterdood den
en bezien we, of dit Woord onzes dan wel wraakt, of ook in het mid-
zelf,
eischt,
laat.
En dan beginnen we
al
aanstonds met deze gewichtige opmerking,
t.
w.
dat de Schriftaurplaatsen, waai'op de voorstanders van de gewraakte zinsnede „uit te roeien alle afgodeiij en valschen godsdienst,"
Velzen zich beroept, bijna uitsluitend te vinden
Testaments en dat wel in uitspraken,
:
en zoo ook de heer Van
zijn in
de boeken des Ouden
dio bijna alle elk generaal kaï'akter
missen, maar zeer bepaaldelijk doelen op die buitengewone en voor ons niet meer bestaande verhoudingen, die de Heere in Israël en door Israël in het leven riep. De plaatsen uit de Heihge Schriftuur, waarnaar de heer Van Velzen 11
18,
vs.
Ps.
2
de
mag
ondersteld, dat
het
rijpe,
duidelijkst
vs.
VS.
Van
rijke
Bent. IS
2 en
5, Dcut. 17 vs. IS, 2 Kon. vs. 4, 1 Timoth. 2 vs. 2. 49 vs. 23, en doorwrochte Schriftkennis van den heer Van Velzen
verwijst, zijn: Lev. 24
wc
10,
in
15,
16,
vs. 1,
Jes
Bom. 13
bovengenoemde
acht uitspraken der Heilige Schrift
en sterkst sprekend getuigenis voor ons hebben liggen, dat
kon worden aangevoerd. nu zoo, dan staan we er toch metterdaad verbaasd over, dat de heer Van Velzen, thans nog in onze dagen, met niets dan met deze Schriftuitspraken voor oogen, het op de consciëntie durft nemen, om te zeggen: In
zijnerzijds
En
is
dit
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1891
Abraham Kuyper Collection | 781 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1891
Abraham Kuyper Collection | 781 Pagina's