Locus de Consummatione Saeculi - pagina 382
College-dictaat van een der studenten
50 College-dictaat van een der studenten (Dogmatiek). de § behoort nog tweeërlei om, nadat we nu de algemeene werlfingen liebben gezien, de speciale iverkingen van de G. C, die in de § zijn aangeduid, Icortelijk naast elkander Bij
:
1»
te stellen. 2«-
om
I.
We
vijf faculteiten uit deze beschouwing over G-. C. op te leiden, moeten de werkingen Gods, die op dit algemeene terrein van G.
de
werken, vooreerst onderscheiden in negatieve en positieve. Negatieve zijn de zoodanige, waardoor de uitbreking van
werking der zonde,
en
't
C.
kwaad, de door-
de vernielende energie van den dood wordsn tegen-
gehouden. De positieve werkingen daarentegen zijn van een gansch ander karakter en bestaan hierin, dat bepaalde charismata, bepaalde gaven, bepaalde krachten en energieën door Gods bestel op 't terrein van de G. C. in het leven
worden geroepen. Is dat nu de generale onderscheiding, die we in 't oog moeten houden, zoo moeten we, wat het object betreft, waarop die werkingen zich richten, ze in vier soorten indeelen en wel in werkingen, die zich richten :
1.
op Satan,
2".
op de natuur,
30.
op den enkelen mensch,
hun consortium,
d. w. z. de menschen niet als indivivan menschelijke samenleving. Ter inleiding op deze beschouwing is er te wijzen op enkele stukken uit de Schrift, die voor het wel doorzien van de Gratia Communis van hoog ge-
4.
duen,
wicht
op
de
maar
menschen
in
in de geheelheid
zijn.
2".
op den proloog van Johannes. op de redevoering van Paulus op den Areopagus.
3".
op de gewichtige pericoop van Rom.
1.
Dit
zijn
drie
loei
classici,
I.
de belangrijkste stukken uit de Openbaring, die
ons voor het recht inzicht in de algemeene genade moeten leiden. I. De piroloog van Johannes.
Het zwaartepunt voor de Gratia T]
^(or]
ijv
C. ligt in Joh.
xb cpwg Tibv ccvS-QÓmoiv. {èv ccvröi
i
;
4.
èv
avup
^on']
égziv, kcu
= in het ongeschapen woord,
den Aóyog.) Er staat niet xov 'loQa^X. Bedoeld
De nadruk valt hier op, tóv avQ-QÓinav. worden dus de menschen in 't algemeen genomen, de bewoners der aarde. In VS. 9 wordt nogmaals van den Logos eene verhouding uitgesproken niet tot Israël, maar tot het geheele menschelijke geslacht, dus ook tot de volkeren der Heidenen dit blijkt uit de woorden, 8 cponi^st. ntcvTa av&QWTtov, een ;
iegelijk,
In do
zonder uitzondering.
tweede plaats
lilijkt
uit
vs.
11,
dat
we
deze tweede pei'icoop moeten
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1891
Abraham Kuyper Collection | 781 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1891
Abraham Kuyper Collection | 781 Pagina's