Locus de Consummatione Saeculi - pagina 41
College-dictaat van een der studenten
39 College-dictaat van een der studenten (Dogmatiek). tle
c.
heeiiijkheid des hemels,
saamgetrokken
hierin,
dat de eeuwige
God
en in allen zal zijn (boven sub V). Alzoo gevoelt men, dat niet de minste tegenstelling bestaat tussehen Oud en Nieuw Testament, maar dat de uitspraken van het Niemoe Testament zich alles
volkomen aansluiten aan die van het Oude Testament, mits ynen slechts in het houde, dat de Openbaring van het Oude Testament door de symbolische
oog
bedeeling heengaat.
Intusschen heeft wel het volk van Israël, doch niet de persoonlijke geloodaaraan genoeg gehad. Daarom hebben wij er ook op te letten, hoe door de geheele Openbaring van het Oude Testament deze overtuiging heenloopt: 1**. dat de persoon niet ondergaat, maar voortbestaat; 2*^. dat de dood met geheel zijn macht eens door God zal vernietigd worden; 3**. dat de gemeenschap met God, die in de consummatie saeculi komt, nog IV.
vige
dan ze in Sion was. Tot staving hiervan de volgende uitspraken:
heerlijker zal zijn,
1 Sam. 2 6. Een parallellisme. Het :
duidelijke
maar
overtuiging,
dat in
is
dat
een lyrisch lied van Hanna. Hierin nu spreekt de de dood met al zijn macht wel over ons komt,
God een macht
is,
die
weer het leven en een opbrengen
uit de
Scheool weet te doen volgen op dood en graf.
Hoséa 13
:
14.
Deze woorden worden gedurig in het Nieuwe Testament geciteerd en toepasselijk gemaakt op de wederopstanding des vleesches. Dat hier van de Öcheool sprake is, blijkt uit het oorspronkelijke. Het woord ^''"131 beteekent „pest" of „grootspraak". — We hebben hier dus te doen met eene aanroeping van dood en Scheool, waarin duidelijk ligt uitgesproken het besef, dat deze ellenden van hel en dood door de zonde over de menschen zijn gekomen, doch dat God machtig is om ze te breken en er uit te redden. {„Hel" kan hier natuurlijk niet opgevat in den zin van „de plaats der verdoemden", want daaruit is geen opkomen mogelijk; maar moet opgevat in de beteekenis van Scheool, niet als yéswa.). Spreuken 10 2. Deze plaats is niet zóó belangrijk als de vorige, maar toch niet geheel van belang ontbloot. Het komt natuurlijk aan op de woorden: „de gerechtigheid redt van den dood" d. w. z. de gerechtigheid voorkomt den dood. Er wordt een verhouding aangenomen tussehen „gerechtigheid" en „dood" als die van „mechcijn" en „ziekte". De gerechtigheid als antidotum tegen den dood, evenals :
in
Jes.
53
:
10.
De dood komt dus voor
als iets satanisch,
tegen alleen de goddelijke gerechtigheid een antidotum kan
demonisch, waarzijn.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1891
Abraham Kuyper Collection | 781 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1891
Abraham Kuyper Collection | 781 Pagina's