Voor een distel een mirt - pagina 150
3
VAN DEN
30
H.
DOOP NAAR HET
H.
AVONDMAAL.
vatbaar om gedoopt te worden; maar evenzoo is het nog onvatbaar om het Sacrament der voeding te ontvangen, overmits bij dit tweede Sacrament de Avondmaalganger zelf belijdend en handelend optreedt. Zoo komen dus tusschen Doop en Avondmaal thans eenige jaren in te liggen; en dat wel zoovele jaren als noodig zijn, om den doopeling tot eigen daad van belijden en toetreden te bekwamen.
Minder kan
mag
hij
en voor
niet
die afstand niet zijn
;
maar ook grooler uw opwaken
worden. De jaren noodig voor
uw bekwaammaking tot een eigen daad in uw schepping verordend. Wie zich
Godswege
zijn
van
daar nu
aan houdt, die gaat op de wegen des Heeren; maar ook wie deze jaren óf wilkeurig inkrimpt óf wilkeurig uitzet, gaat van 's Heeren wegen af en kiest zelf eigen paden iets dat altoos zonde is. Dat kan nu schelen van het 16de tot het 33ste jaar; maar in dat tijdperk van zeven jaren valt bij een iegelijk zijn persoonswording; en die grenzen moeten dus geëerbiedigd.
Maar
hetzij
dan Doop en Avondmaal
tot het
16de jaar
waren geschoven, aan den band Doop en Avondmaal verbindt wordt hiermee niets
of wel 23ste jaar uitéén die
veranderd. Altoos blijft uw Doop, al die jaren door, voor u een roepstem Zoek des Heeren heilig Avondmaal :
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1891
Abraham Kuyper Collection | 300 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1891
Abraham Kuyper Collection | 300 Pagina's