E voto Dordraceno - pagina 474
ZONDAG
462
HOOFDSTUK
XVI.
Vil.
Hem
ons niet meer regeeren, maar dat wij ons zelven
in
tot
een offerande
der dankbaarheid opofferen.
Van de vrucht der „rechtvaardigmaking" was reeds in Vraag 40 geMaar dit is den opsteller niet genoeg. Het mag voor een kind van God nooit den schijn hebben, alsof in hem „het afsterven van den handeld.
ouden mensch en het opstaan van den nieuwen mensch" bij het werk van den Middelaar bij zou komen; het moet duidelijk vaststaan, dat ook ,,dit wandelen in nieuwigheid des levens" vrucht is van datzelfde kruis, waarop onze rechtvaardigmaking wierd verworven. Het mag op Golgotha geen half, het moet een heel werk zijn. Een volkomen verlossing is teweeggebracht. En alzoo moet blijken, dat niet alleen onze rechtvaardigmaking, maar ook de reiniging onzes levens een vrucht van het lijden en sterven des Heeren is. Hij ons van God gegeven, niet enkel tot recht-
maar ook tot heiligmaking. weer heerlijk de majesteit der Gereformeerde
vaardigheid,
Ook
hierin schittert
belijde-
tegenover het menschelijk geknutsel van den Pelagiaan en Remonstrant. Voor den Remonstrant toch staat het, alsof Christus ja wel een kostelijk
nis
werk volbracht
heeft,
maar
alsof
lijden en sterven altoos in het ja,
dan
zal
er
de vrucht en het uitwerksel van
zijn
hangen. Als de mensch
wil.
onzekere
blijft
Maar
vrucht van komen.
als
de booze mensch niet wil,
ach, arme, dan is al het lijden van Christus om niet. Christus bracht voor den Remonstrant geen verzoening teweeg, maar maakte hem verzoenbaar; en de vraag of deze verzoenöaarheid tot wezenlijke verzoenheid leiden zal, hangt geheel af
van
menschen
's
gril
en goedvinden. Daar kan
Christus niets aan doen. Hij leed en stierf als een machtelooze, die
ja,
hoopte dat de mensch van de vrucht gebruik zou willen maken; maar die tevens wist, dat niet de mensch van Hem, maar Hij van den mensch afhing en het onzeker stond of er ooit vrucht zou komen.
En
dit
standpunt nu
is
het,
dat de Gereformeerde zoo beslist mogelijk
en verv/erpt. Neen, „die Hij geroepen heeft, die heeft Hij ook gerechtvaardigd". Op het onzekere gaat hier niets. Er is in alles een
bestrijdt
heilig moeten, een is.
klemmende noodzakelijkheid, een zekerheid die bondig uit den Raad des eeuwigen is door niets te stuiten in door, en gaat werk en dit
Er gaat een werk van Gods Vaderharte,
Welbehagens
uit,
oogmerk, ynymachtige genade verkiest en a/machtige genade bewerkt de verkorenen, en de Middelaar die tusschenbeide treedt, brengt voor die verkorenen zijn offerande, en de vrucht van die offerande beweegt zich rechtstreeks naar die verkorenen toe. Ja, wel zijn loop, en bereikt gewisselijk zijn
verre daar vandaan, dat hun wil
moeten
maken,
is
integendeel
nog
zelfs
eerst Jezus'
de
eerste
werk werkende
geloofsdaad die
in
zou
hen
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1892
Abraham Kuyper Collection | 512 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1892
Abraham Kuyper Collection | 512 Pagina's