E voto Dordraceno - pagina 326
ZONDAG
314
HOOFDSTUK
een ledig, een ontstentenis van
alleen
maar
XII.
het
VI.
priesterschap
gezien
wordt
zóó, dat er thans een ander priesterschap tijdelijk voor in de plaats
nu is het priesterschap van Aaron. Het allereerste verschil nu tusschen dit priesterschap van Aaron en het oorspronkelijke in het paradijs ingestelde priesterschap bestond hierin dat treedt, en dit
het niet wezenlijk was.
Al die vormen en plechtigheden en ceremoniën en symbolische hande-
waarin
lingen,
dit
priesterschap opging,
misten alle wezenlijke waarde.
had men tienmaal meer bokken en kalveren geslacht, nooit had deze breede stroom van dierenbloed ook maar één menschenziel kunnen verzoenen of rein wasschen. Dit is het wat de profeten zoo telkens uitroepen. Israël mocht niets wezenlijks in die priesterlijke bediening zien. Wie dat er in zag, zag niet naar den Messias uit, die loochende den Christus. Vandaar dat de heilige apostel het nogmaals zoo duidelijk uitspreekt: „Het is onmogelijk dat het bloed van stieren en bokken de zonde
Ook
al
wegneme" (Hebr. X
4).
:
men dus
om
nimmermeer
oog te verliezen. Aarons priesterschap is geen wezentijk priesterschap, maar slechts het schaduwbeeld er van. Wat natuurlijk niet zeggen wil, dat derhalve de geloovigen in Israël geen verzoening erlangden, want dat leert Dit vatte en versta
wel,
het
uit het
de Heilige Schrift wel anders. Maar de verzoening die ze erlangden
kwam
hun niet toe uit Aarons priesterschap, maar alleen uit het priesterschap van Melchizedek, gelijk Christus dit bedienen zou. Ze konden zonder ons niet volmaakt worden en hebben daarom de belofte niet verkregen (Hebr. XI 10). En al hun verzoening berustte dus op het geloof in den Christus, wiens persoon en werk hun in Aarons priesterschap wierd voorgebeeld, af geschaduwd en in aanschouwelijke trekken voor oogen :
gesteld.
Een tweede karaktertrek van Aarons priesterschap is dat het van den mensch als mensch het priesterschap overbrengt op een bepaald geslacht, het bindt
aan een tijdrekening en geslachtsrekening en
erfelijk
in
een
familie wordt.
De
zin hiervan
worden,
Gode Dit
zijn
is,
om
recht, en
den mensch
zelfs
te
leeren, dat hij,
de mogelijkheid
om
hij
te
priester te zijn en zich
toe te wijden, verloren heeft. is
een hard stuk
om
te
leeren.
Ook na zondaar
vindt een mensch zich zelven zoo beminnelijk, dat
om
door zondaar
zich, zooals hij
is,
hij
te
zijn
geworden waar-
niet inziet,
Gode niet kan toewijden. Dat moet hem dus En nu kiest God een volk uit en geeft
ingeprent en geleerd worden.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1892
Abraham Kuyper Collection | 512 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1892
Abraham Kuyper Collection | 512 Pagina's