Encyclipaedie der Heilige Godgeleerdheid - pagina 6
Eerste deel. Inleidend deel.
VOORWOORD.
VI
oordeel van wat velen thans, schier
uitsluiting, de theologische
bij
noemen, dan ook geen aanspraak.
zvetenschap
onder de leiding van Scholten en Kuenen, opgevoed
Zelf,
een geheel andere sfeer van theologische gedachten, en
minder sterk geboeid door de
Vermittellungstlieologie,
noch voor
zijn
noch voor
hart,
zijn
oog openging voor de Gereformeerde
diepte,
denken
hij
zijn
den ernst en de schoonheid der
ons gekomen
belijdenis, tot
vond
dan toen
rust,
in
later niet
zoo
uit die geestelijk
op theologisch, maar nog een wereldmacht was.
rijke dagen, toen het Calvinisme niet slechts
ook op sociaal en Juist dit echter
politiek gebied,
deed hem de sterksprekende behoefte
de Gereformeerde Theologie,
die
om
inzien,
zoodanig reeds sinds het
als
midden der vorige eeuw den slaap der tragen sliep, weer wakker te schudden en in rapport te brengen met het menschelijk bewustzijn, aan het einde der 19 6 eeuw ontwikkeld
gelijk zich dit
Voor wie met hem
in
heeft.
de Gereformeerde beginselen de
uit-
drukking van de diepste overtuiging
zijns harten vindt, kan deswege deze Encyclopaedie strekken, om hem op het heilig erf der Godgeleerde wetenschap met een gevoel van herwonnen
den
zelfvertrouwen
daarentegen,
anderen
die
arbeid
zijn
doen,
dienst
weer
te
uitgangspunt
doen
namelijk,
psychologische
om vraag,
Voor hen
kan ze geen
dan die een Roomsche of Confessioneel
Luthersche Encyclopaedie der Theologie dienst
opvatten.
verwerpen,
een
antwoord
te
hém zou
bewijzen, den
geven op de ten deele
hoe een andersgezind theoloog,
in
casu
een Gereformeerde, zich het organisme der Theologie, in verband
met
zijn beginselen, voorstelt.
Dat
inleidend deel zulk een uitgebreidheid verkreeg,
dit
wijten aan het
nog
is
te
steeds ontbreken van een eenigszins volledige
geschiedenis der theologische Encyclopaedie.
Hoezeer toch ook dankbaar erkend moet, dat Rabiger voor deze geschiedenis cenc bijdrage leverde, die al wat zijn voorgangers boden, verre achter zich
liet,
hoefte
van
zoo sneed toch ook
aan
zulk
zijn
verdienstelijke arbeid de be-
een brecdere uiteenzetting geenszins een
vollediger
geschiedenis,
gelijk
af.
die
gegeven wordt, nam dan ook ruim 400 bladzijden
in
De dit
proeve
werk
in beslag;
en
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1908
Abraham Kuyper Collection | 556 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1908
Abraham Kuyper Collection | 556 Pagina's