Dictaten dogmatiek. Locus de Providentia, Peccato, Foedere, Christo - pagina 26

:

;

:

:

LOCUS DE PROVIDENTIA.

26

Gods

bestaanswijze

?"

bestaan,

(persoonl.

H. Drievuldigheid

;

de kenmerken

van het persoonlijke: het kennen en het willen Gods). Is

dan afgedaan, wat antwoord geeft op de vraag: „Wat en wie een God,

er

(is

tweede de

ten

b.

Werk Gods,

„Wat

vraag

Opus Dei en

het

God?"

doet

het

is

Dus na

werk Gods

volgt, een

Het

Voltooiing.

is

schepping,

In

dus

is,

n.

onder het

Wezen komt het gezichtspunt van dit werk

de

wijl

alles,

dat der Schepping, óer Herschepping en der

1.

doen

te

altijd

om

de vraag

mensch,

den

de onderhouding,

rechtvaardiging,

God?"

het

Gods, dat de geheele volgende Dogmatiek behandeld moet worden,

wat

is

kenbaar?), dan komt

Hij

is

de

heiligmaking,

Kerk,

wat deed God

:

de

Christus,

in

wedergeboorte,

de

de

de sacramenten, de eschatologie.

werk Gods nu staat op den voorgrond de niet te ontkomen onderwat is het eeuwige werk Gods en wat het werk in den tijd ?

dat

scheiding

:

Schepping toch veronderstelt een eeuwigheid, waarin er geen- schepping was. Wijl üod in die eeuwigheid niet kan genomen worden als een rustend God,

daarom moeten we onderscheiden tusschen a. het opus immanens, het absolute werk Gods; en plaats het

daarbij in de eerste

;

begint met de Creatio, die dus onmiddellijk

dat

Men kan

op de decreten.

volgt

decreten

opus exeuns Dei,

het

/?.

dogma van de

deze

nemen onder

verder weer

tweeërlei

gezichtspunt Ie als

2e

daad (creatio), men ook 't product van

die creatio bespreken (de

kan

wereld

en

het

universum

er buiten

kosmos; onze

de anorganische en organische wereld

;

onder de laatste de planten-, dieren-, menschen- en engelenwereld). Dus men kan eerst de Creatio als daad op zich zelf nemen maar dan de producten

nog

niet

hun volheid behandelen

in

;

op zichzelf nemen

die later

en zoo vragen naar de beteekenis van deze wereld en haar sferen voor God: Locus de Homine de Angelis de materiëele dingen en hun doel. ;

;

Het plaats

ligt

in

inneemt meestal

dien

Locus

den aard van de zaak, dat de Locus de Homine

de

organisch

behandelende onze verhouding

als als

aparten

Angelis is

locus

nam nemen

dan

echter, te

bij

tot

God

;

hierbij

nh den Locus de Creatione, terwijl

den

val

of

de hoofd-

daarom nam men

men den

den Locus de Homine.

Zuiver

als werk,

a.

de creatio

b.

de Producten ervan, waarvan de mensch de kroon,

Gods voleind is in Hadden we met

wijl

de zelfopenbaring

Zijn Beeld. niets

den Locus de Providentia

kon men nu laten volgen nh het werk der productie nu het werk Gods om

anders ;

te

rekenen,

dan

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen