Zions roem en sterkte - pagina 296

;

288

ARTIKEL XXXV. waar- en gedachtenisteeken gelijk in denzelfden zin het brood des Avondmaals Christus lichaam genoemd wordt, ;

Vraag. Hoe verder ? Antw. 1. De daden omtrent den drinkbeker zijn drie: a. Hij heeft den drinkbeker genomen, zooals de vader des huisgezins bij de Joden placht te doen, nemende dien met beide zijne handen, voor en aleer hij den zegen er over uitsprak; Hij heeft gedankt. b. Het gewone formulier der zegening was dit Gezegend zijt gij Heere onze God, Koning der wereld, die de vrucht des wijnstoks schept. Dit formulier heeft Christus waarschijnlijk niet gebruikt; echter staat de zegening vast, waarom Paulus spreekt van den drinkbeker der zegening, 1 Cor. 10: 16, in navolging, gelijk het schijnt, van dien drinkbeker der zegening des tafels, of der dankzegging, waarmede het gastmaal besloten werd want ook deze beker is door Christus genomen, na het eten des Avondmaals, 1 Cor. 11 25 c. Hij heeft aan Zijne discipelen den drinkbeker gegeven al wederom naar der Joden praktijk, daar alle gasten van den beker der zegening, nadat de vader des huisgezins dien geproefd had, iets dronken, waaruit vermoedelijk besloten wordt, dat Christus na den zegen eerst uit den beker gedronken heeft, hetwelk ook die woorden schijnen aan te duiden, Matth. 26 29. Ik zal van nu aan niet drinken van deze vrucht des wijnstoks, enz. 2. De woorden aangaande dezen drinkbeker zijn enkel bevelende a. Drinkt allen daaruit, Matth. 26 27, alwaar op dat woordeke alle nadruk ligt; en daarna met aanwijzing van het doel Doet dat, zoo dikwijls als gij dien zult drinken, tot Mijne gedachtenis, 1 Cor. 11 25; b. of uitleggende Dat is Mijn bloed, het bloed des Nieuwen Testaments, hetwelk voor velen vergoten wordt, tot vergeving der zonden, Matth. 26 28. Dat is, de wijn in dezen drinkbeker vervat, is een waarteeken van het bloed, niet van een schaduwachtig bloed, zooals het bloed des paaschlams was niet van het Oude Testament, tot welks bevestiging het bloed van het paaschlam diende; maar van een nieuw en beter Testament; niet van het bloed dat vergoten wordt voor een volk, maar voor velen voor allerlei geslachten, talen, volkeren en natiën, tot vergeving der zonden. .

•

.

:

;

:

;

:

:

:

:

:

:

:

;

Vraag.

Antw.

Welke waren de daden der discipelen ? De daden der discipelen, en bij gevolg

nooten, zijn

:

der dischge-

nemen, eten en drinken.

Vraag. Verklaar dit nader, Antw. 1. Het eerste der dischgenooten is, te nemen, zoowel het brood als den brinkbeker; want zoo heeft Christus geboden te nemen, zoo heeft Hij deze teekenen uitgedeeld, zoo wordt ons klaarder het lichaam van Christus, als voor ons gebroken zijnde, en het bloed, als voor ons vergoten zijnde, uitgebeeld ja zoo wordt eindelijk, gelijk spijs en drank tot een volkomene gastmaal .

'

.

;

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen