Zions roem en sterkte - pagina 206

;

ARTIKEL

198

XXVIII.

is veiligheid. De bewaring Gods is over a! Zijne het algemeen, en over ieder in het bijzonder, Jes. 27 Te dien dage zal er een wijngaard van rooden wijn zijn, 2, 3. zingt van denzelven bij beurte Ik de Heere behoed dien, alle oogenblik zal Ik hem bevochtigen, opdat de vijand hem niet bezoeke, zal Ik hem be wateren nacht en dag, Cap. 14 32. Wat zal men dan antwoorden den boden des volks ? dat de Heere Sion gegrond heeft, opdat de bedrukten Zijns volks een toevlucht daarin zouden hebben. In de Kerk is allerlei goeds, dat men nergens buiten de Kerk 5.

Kerk

de

In

4,

onderdanen

in

:

;

:

vinden zal. als vergeving van zonden, Jes. 33 24. Geen inwoner zal zeggen ik ben ziek want het volk dat daarin woont, zal vergeving van ongerechtigheid hebben vrede en blijdschap, Rom. 14 17. Want het koninkrijk Gods is niet spijze en drank, maar rechtvaardigheid, en vrede, en blijdschap door den Heiligen Geest allerlei goederen tot vertroosting en zaligheid, Psalm 31 ó Hoe groot is 20. Uw goed, dat gij weggelegd hebt, voor degenen die U vreezen dat gewrocht hebt voor degenen die op U betrouwen, in de tegengij woordigheid der menschenkinderen. :

;

:

:

;

;

:

!

Vraag. Hoe voegt en vereenigt men zich met de Kerk ? Antw. 1. Als men het Christendom en de waarheid, daarin aangenomen, openlijk belijdt, onderhoudende de eenigheid der Kerk, zich onderwerpende aan haar onderwijzing en tucht, den hals buigende onder het juk van Jezus Christus, evenals een burger in een stad de wetten dier stad aanneemt, Matth. 14 29. Neemt Mijn juk op u, en leert van Mij, dat Ik zachtmoedig ben, en nederig van hart Ps. 86 9. Alle de heidenen, Heere, die Gij gemaakt hebt, zullen komen en zullen zich voor Uw aanschijn nederbuigen en Uwen naam eeren. 2. Als men door geloof en bekeering metterdaad een levend lid der Kerk wordt, en daardoor zoekt te dienen tot versiering en volmaking van dezelve, Jes. 60 13. De heerlijkheid Libanons zal tot u komen, de denneboom, de beuke- en de busboom te gelijk, om te versieren de plaats Mijns heiligdoms, en Ik zal de plaats Mijner voeten heerlijk maken. 3. Als men het welzijn der Kerk zoekt, dienende de opbouwing der broederen, naar de gaven die God ons verleent, als onderlinge lidmaten eenszelfden lichaams, 1 Cor. 12 12, 13. Want gelijk het lichaam een is. en vele leden heeft, en al de leden van dit eene lichaam, vele zijnde, maar één lichaam zijn, alzoo ook Christus. Want ook wij allen zijn door een Geest tot een lichaam gedoopt, hetzij Joden, hetzij Grieken, hetzij dienstknechten, hetzij vrijen en wij zijn allen tot een Geest gedrenkt. Vraag. Op wat wijze dient men tot opbouwing der broederen ? Antw. 1. Met het hart, a. dat bewogen moet zijn over de ellende van onze medebroederen, 2 Sam. 1 Ik ben benauwd om uwentwille, mijn 26. broeder Jonathan gij waart mij zeer lieflijk b. dat middelen bedenken moet tot hunne hulp en redding. Darius, al had hij maar eene natuurlijke liefde tot Daniel, toen hij onder het vonnis kwam om den leeuwen voorgeworpen te worden, stelde het hart op Daniël, om hem te verlossen ja tot ,

.

;

;

:

:

:

;

:

;

;

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen