Leven en arbeid van Dr. A. Kuyper - pagina 46
DR.
24
KUYPER PREDIKANT.
Kuyper
tot afzonderlijken arbeid en begon met granaat op werpen onder de tegenstanders. Eerst verscheen: Het granaat te modernisme een fata morgana op Godsdienstig gebied, toen: Eenvormigheid de vloek van het moderne leven; daarna werd „de Maatschappij tot nut van 'tAlgemeen" bestookt van uit de HersteldLuthersche Kerk. Zoo gevoelde hij zich vrij gemaakt, en vast staande in de autoriteit van Gods Woord ging hij moedig den verderen strijd tegen. Hij was nu waar Luther stond toen hij uitriep: „Das Wort
Dr.
sie sollen lassen stahn".
Maar is
al
Dagen,
spoedig bespeurde
rijk
Luthersch en hoog en heerlijk
land volbracht,
maar
niettemin
voor hart en
doorleefde
ziel,
hij.
dat er nog iets ontbrak. Duitschland
hij
is
het
is uit
werk door Luther
in
Duitsch-
datzelfde Duitschland de witte
om
mier der valsche philosophie gekropen,
ook hier de binten van
gebouw der Theologie te doen vermolmen. En ook, met het Woord zonder nadere bepaling, met het Woord alleen als fundament van Kerkelijke belijdenis, was er wel troost voor de ziel, wel vastzetting voor het inwendig leven, maar de kloof bleef, die dat Woord Gods afscheidde van de woeling der maathet
schappij van het leven des volks, van de erve van wetenschap en kunst.
Zoo
kerstend.
bleef de
Kerk wel
Christelijk,
De eenheid tusschen
maar
het leven zelf ont-
de Kerk en het
het arbeiden in
arbeiden onder het volk ontbrak. Dit duurde tot 18 Mei 1869, toen Dr.
kamer van de Domkerk
Prinsterer eerste zijn
te
Kuyper
de consistorie-
in
Utrecht voor het eerst Mr.
ontmoette, die
hem door
zijn
Groen van
eersten blik, door zijn
woord terstond zoo machtig aangreep, dat
hij
van die ure
geestverwant, ja zijn geesteskind werd. Kort daarop
twee mannen
uit
Amsterdam
beroep naar de hoofdstad aan dappere,
blijmoedige
hem om hem aan
tot
te
Christenen,
wier nagedachtenis thans nog
te
kwamen
moedigen het nemen; het waren twee vrome,
Dibbets
Amsterdam
als
en
te
Bechthold,
vaders
in
Christus
geëerd wordt. En toen na de ontmoeting met Groen van Prinsterer ook die twee broeders met hem spraken, ging ongemerkt de glans van het Calvinisme voor hem op. Groen van Prinsterer sprak: „Von Stahl was Lutheraan, ik ben Calvinist", en van Dibbets en Bechthold verstond hij, hoe dit zeggen wilde, dat de H. Schrift niet alleen dient,
vinden door het geloof
om
om
rechtvaardiging te
het licht op het pad der eeuwigheid op
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1919
Abraham Kuyper Collection | 362 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1919
Abraham Kuyper Collection | 362 Pagina's