GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Tegenspraak?

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Tegenspraak?

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

Door den Senaat der Vrije Universiteit is, gelijk uit zijn Publicatie blijkt, uitgesproken, dat m Art. 2 der Statuten onder »Gereformeerde beginselen" te verstaan zijn: de beginselen van het Calvinisme.

Dit beaamt de geachte schrijver, die ons op tegenspraak met ons zelven waant betrapt te hebben, in het minst niet. Hiertegen komt hij in verzet. En om de rechtmatigheid van dit bewijs te sterken, beroept hij zich op wat in ons blad kort na de oprichting der Vrije Universiteit, en zelfs vóór die oprichting, geschreven werd.

Sterk is zulk een beroep op zich zelf zeker niet.

Vijftien jaren geleden, toen de actie in Gereformeerden zin pas begon, en wij allen saam nog aan het begin van den wegstonden, sprak het wel vanzelf, dat nog niemand die rijpheid van oordeel en die helderheid van inzicht bezat, die eerst vrucht konden zijn van voortgezet onderzoek en dieper indringende studie.

Stel dus al, dat er nu vijftien jaren geleden, toen we pas in zee staken, eenige uitdrukking door ons gebezigd ware, die van achteren bleek niet scherp belijnd genoeg of min juist gekozen te zijn geweest, dan zou hier nog nimmer tegenspraak uit zijn af te leiden.

Ge zoudt dan met niets te doen hebben, dan met het zeer gewone verschijnsel, dat iemand, die niet stilzit, maar doorwerkt, verder komt. En niet sterk, maar zwak zon ook de positie zijn van iemand, die u van achteren zéggen kwam: Thans sta ik, waar gij stondt, toen ge pas begcnt.

Toch is er in de zinsneden, die tegen ons zijn uitgespeeld, voor zoover we bij aandachtige lezing kunnen nagaan, geen enkele behecrschende stelling, die we niet nu nog evenzoo staande houden.

We gaan verder.

De geachte schrijver zou, naar het ons voorkomt, zijn beroep op onze woorden zelfs in de pen hebben gehouden, indien zijn oog niet op een enkele zinsnede ware gevallen, maar hij de drie artikelen, waarin die zinsneden voorkomen, in hun geheel had overgelezen.

Dan toch waarborgt ons de eisch der eerlijkheid, dat hij niet zou verzwegen hebben, wat hij nu - niet aan zijne lezers mededeelde, en wat nochtans met-gedeeld had moeten worden, zouden die lezers met kennis van zaken kunnen oordeelen.

Hun had drieërlei moeten medegedeeld worden.

Ten eerste dat de drie artikelen * Gereformeerd" die in de Heraut van 13, 20 en

27 Juni 1880 voorkwamen, met een bijzonder doel werden geschreven.

Onze hoofdreddctenr had namelijk, om zich eens zeer kras uit te drukken, gezegd; Jezus was Gereformeerd.

Over die uitdrnkking viel men hem hard.

Dat had hij niet mogen zeggen.

En om zich nu tegen dat verwijt te verdedigen, schreef hij deze drie artikelen, wier houfdstrekking was aan te toonen, dat »Gereformeerd" beduidt de van vlek en dwaling gezuiverde waarheid.

De medaille werd in deze artikelen dus van ééne, zeer scherp aangeduide zijde bezien.

Heel het betoog was een protest tegen hen, die onze richting voorstellen, als pas in de i6de eeuw opgekomen, en nu reeds óf geantikeerd óf te repristineeren.

Het tweede wat de lezers hadden moeten weten is, dat in deze artikelen van é& geestelijke waarheid sprake was, gelijk ze in de belijdenis van Christus' ktrk aan het woord komt, en waarvan we nog voor enkele weken het toen gezegde, in een antwoord aan de Roeper lettelijk herhaalden, dat de belijdenis, de kerk, het zuiver geestelijke nooit door den naam van Calvinistisch gedekt wordt, maar steeds den naam van Gereformeerd moet behouden en behield.

En het derde wat ook den lezers onmisbaar, ware geweest, is de wetenschap, dat in deze zelfde artikelenreeks uitdrukkelijk tusschen den onderscheidenen zin, waarin het woord «Gereformeerd" moet genomen worden, wordt onderscheiden.

Na dit opgemerkt te hebben, geven we thans de citaten uit de Heraut waarop de schrijver zich beroept.

Ze zijn vier in aantal:

Vooreerst:

‚Calvinistisch, dat ja staat met Luthersch op ééne lijn. Maar »gereformeerd" volstrekt niet. Want steeds iiich weer te reformeeren is de onafwijsbare roeping der kerk na elke ontaarding, en dus gereformeerd te zijn voor elke ware kerk eisch en plicht.

”Er mag en moet dus volgehouden, dat »gereformeerti" volstrekt niet eene soort technische term is, dien men met Luthersch, Anglicaansch, Grieksch, Remonstrantsch of zoo, op ééne lijn zou hebben te stellen. Dit heeft er niets van .... Laat de kerk ophouden gehuiverd of gereformeerd te zijn, en ge voelt aanstonds immers, dat ze haar glans inboet, krank wordt en haar eigen we^ien verminkt."

Ten tweede:

»Gereformeerd" is een woord uit de Waalsche provinciën tot ons overgekomen, waarvoor men oorspronkelijk hier te lande het veel betere, veel dieper gaande en veel schooner woord van »gezuiverd" bezigde. En dit woord nu behoeft immers maar genoemd, om terstond te doen gevoelen, dat »Gereformeerd" of jgezuiverd'' volstrekt niet gelijkluidend is met »Calvinistisch" of jZwingliaansch", maar reeds als woord, ais term, als uitdrukking op een historie., op een beginsel., en op een gestadig streven naar een ideaal wijst."

»Zoü ligt er dus in dat zuiveren of reformeeren" ook een ideaal, aangeduid. Een ideaal dat bereikt zoa zijn, ais er aan de belijdenis der keric niets, niets wat dan ook, meei; kon gereformeerd oi ge/uiverd worden.

”En wie anders is nu dit ideaal, waarmee de belijdenis der Gemeente zou saamvaüen, indien ze volliomeit ijerej'ornicerd was \ Wie anders dai! JE^JS ZELF."

Tea derde:

Ook toen echter hebben onze vaderen volstandig geweigerd, om gelijk de Duitschers de kerk van Midden-Europa naar Luther noemden, zoo hun kerk te noemen naar Calvijn. Wel is kortheidshalve vaak van Calvinistische beginselen gesproken, maar van eene Cal vinisusche Kerk spraK. men nooit. Aan menschen was en zou men niet gebonden zijn."

En ten vierde:

»Technische term daarentegen werd het woord «gereformeerd" doordien deze zuiverder ontwikkeling der waarheid Gods schier uitsluitend ingang vond bij de vrijere westersche Europeesche natiën. Nu komt de waarheid uit den aard der zaak slechts tot aUijdige ontplooiing van haar goddelijk schoon, indien de volken uit verschillende streken, en dus ook van verschillenden aanleg, zich in de belijdenis van dat zuiverder Hcht verheugen mogen. Grijpt daarentegen • het omgekeerde plaats, en blijft deze belijdenis tot een kleine groep van natiën; die ongeveer in gelijke condiiiën verkeeren, beperkt, dan zal wel de belijdenis naar het meetsnoer der zuiverder waarheid zijn, maar niet al het schoon van deze gezuiverde waarheid zal aan het licht treden. Ze ontvangt dan slechts het ééne stempel van die ééne volkerengroep. En dit heeft weer ten gevolge, dat de consequentiën van haar beginsel op huiselijk, maatschappelijk, lechtskundig en staatkundig terrein meestal een nationaal karakter aannemen. En zoo nu is er uit de gereformeerde beginselen allengs een soort van eigen levensopvatting en levensbeschouwing ontstaan, die men nu eens Calvinistisch, dan weer Puriteinsch, maar toch het meest ^gereformeerd" noemt.

»Om alsdan te weten wat in dien zin »gereformeerd heet, heb-ik natuurlijk de verschillende schrijvers te raadplegen, die als belijders van deze beginselen bij deze volkerengroep optraden; de levensgewoonte te raadplegen, die zich bij de^e natiën vormde, en tusschen de normale en abnormale uitingen van dit beginsel in het leven leven dier volken te onderscheiden.

»M. a. w. dan staat men voor een historisch probleem. Dan is de gereformeerde naam van zeer jonge dagteekening en nauwelijks drie eeuwen oud. Terwijl het gereformeerde of ; «> /gereformeerde dan niets met mijner ziele zaligheid uitstaande heett en op zich zelf niets voor of tegen het door God gevoelde en bedoelde beslist."

Wat over het »Byzantijnsch" wordt aangehaald, kan wegblijven. Dat de Senaat »Byzantijnsch" zou zijn geworden, zal de geachte schrijver zelf niet staande houden.

Maar al wat We hierboven afdrukten over het onderscheid tusschen den naam »Gereformeerd" in geestelijken en in tfdinischen zin beamen v/e nog geheel en al; en zelfs zou het niet noodig zijn in de aangehaalde woorden andere woorden te gebruiken, ook al spreekt het vanzelf, dat deze gtheele quaestie vollecfiger zonvfovéta uiteengezet, indien we dit geding principieel hadden toe te lichten.

Het misverstand is bij den geachten schrijver dan ook alleen daaruit gerezen, dat hij de tegenstelling tusschen ds geestelijke en tecknisctie beteekenis zóó verstond, als handhaafden wc alleen de eerste, om de laatste af te keuren.

Hij vatte het op, alsof de technische beteekenis van den naam Gereformeerd in 1880 in ons oog een onjuiste, schier zondige was.

Dit echter was volstrekt niet het geval, en dat dit niet zoo was, bleek uit wat we schreven duidelijk.

We schreven toch, gelijk men hier boven zien kan, dat die technische beteekenis juist daar aan de orde komt, waar sprake is van T de Gereformeerde beginselen", als uitgangspunt - -^van een eigen leve? is-en ivereldbeschouwing, de Calvinistische, Puriteinsche of Gereformeerde genoemd."

Er staat duidelijk: s> En zoo nu (d. i. naar teclmische beteekenis) is uit de Gereformeerde beginselen allengs een soort van eigen l& wansopvatting en \& v& asbeschou'wi? tg ontstaan, die men nu de Calvinistische noemt "

Alsook voor het onderzoek van die »Gereformeerde beginselen" waaruit de »Calvinistische levensopvatting of wereldbeschouwing" wordt afgeleid, gaven we toen, iii 1880, juist denzelfden weg aan, die thans in de stelling van den Senaat breed geteekend is.

Hoe de geachte schrijver hierover heen kon lezen, terwijl hij het zelf afdrukte, is ons dan ook een volslagen raadsel.

De staat toch duidelijk juist datgene in wat hij bestrijdt, en thans door Dr. Kuyper, precies zóó als in 1880, verdedigd wordt.

Herlees het maar.

Haast is dit alleen zóó te verklaren, dat de geachte schrijver dit citaat door een ander liet afschrijven, en zelf zijn aandacht alleen vestigde op het slot.

In dat slot toch wordt zeer zeker ernstig geprotesteerd tegen een iegelijk die beweren mocht, dat de Gereformeerde traditie in plaats van de autoriteit der Schrift kon worden geschoven.

Juist zooals we dit nog doen.

Jammer slechts dat de geachte schrijver hierbij over drie woordekens heenlas, die hem op het rechte spoor hadden kunnen brengen.

Wij schreven toch in 1880, juist zooals we dit nog belijden, dat de Calvinistische traditie OP ZICH ZELF niet voor of tegen het door God bedoelde beslist.

Ze beslist wel, veel zelfs, maar niet OP ZICH ZELF.

Voorwaar niet.

Beslissen kan ze alleen als ze niet »op zich zelf" wordt genomen, maar in verband met Gods Woord.

Hierover handelen intusschen de stellingen van den Senaat nog niet.

Die quaestie komt toch eerst aan de orde, als men zal zijn toegekomen aan de methode van het wetenschappelijk bewijs.

Ook op dit punt is de onderstelde tegenspraak dus volmaakt denkbeeldig.

Er is niet alleen geen tegenspraak, maar én wat we 15 jaren geleden schreven, én wat we naschreven, komt zelfs op een wijze, die ons zelven verrast, overeen.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 december 1895

De Heraut | 4 Pagina's

Tegenspraak?

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 december 1895

De Heraut | 4 Pagina's