GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

De Vrije Universiteit en Zuid-Afrika 1880-2005 ([Deel 2]) - pagina 49

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De Vrije Universiteit en Zuid-Afrika 1880-2005 ([Deel 2]) - pagina 49

[Deel 2]

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

KRITISCHE

494

DIALOOG

mele gesprekken te voeren dan officiële vergaderingen! Mede ingefluisterd door de Nederlandse ambassadeur Lewe van Aduard was de notitie inderdaad formeel geen onderwerp van bespreking. Zij werd slechts ter informatie aan de Zuid-Afrikaanse Commissie uitgedeeld, zij het met de opmerking dat de Nederlandse delegatie bereid was haar toe te lichten. Dat gebeurde ook. Hoewel verscheidene aanwezigen hun best deden ('De bespreking werd op tactvolle en subtiele wijze ingeleid door prof. dr. W. E.G. Louw', erkende De Gaay Fortman), was het een weinig bevredigende exercitie. Wilde Nederland bijzondere aandacht schenken aan de niet-blanke Zuid-Afrikanen, dan moet het er maar extra middelen voor beschikbaar stellen, concludeerde Op 't Hof. De Gaay Fortman typeerde hem in het verslag als een conservatieve Afrikaner, van recente Nederlandse afkomst bovendien en teleurgesteld over de Nederlandse houding. Op 't Hof was een hoge ambtenaar die een persoonlijk regiem voerde, aldus De Gaay Fortman, en had in die teleurstelling niet helemaal ongelijk: 'Billijkheidshalve dient in dit opzicht ook te worden overwogen dat hij de laatste jaren wel enige reden had te twijfelen aan de Nederlandse wil de culturele betrekkingen te handhaven, laat staan uit te breiden. Hoe dit ook zij', vervolgde De Gaay Fortman, eerlijk en helder: 'Nederland brengt nu in de culturele sector het vraagstuk van de apartheid in discussie en bezorgt hem zo moeilijkheden die hij bij andere landen niet heeft'. Als rector magnificus had De Gaay Fortman uiteraard directeuren van de Vrije Universiteit toestemming moeten vragen, om een dergelijk reis naar Zuid-Afrika te maken. Zonder ook maar een enkel woord te wijden aan het politieke karakter van zijn reis, schreef hij directeuren: Het is de bedoeling, dat ik mij met name zal oriënteren ter zake van het wetenschappelijk onderwijs en wetenschapsbeleid in Zuid-Afrika. Ik zal een aantal instellingen voor wetenschappelijk onderwijs, onder andere Potchefstroom, bezoeken. Zo zal de universiteit ook nog enigermate ervan profijt hebben. 157

Met het oog op die oriëntatie arriveerde De Gaay Fortman reeds op 17 maart 1967 in Zuid-Afrika; het ambtelijke gesprek begon op 1 april.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005

Historische Reeks | 376 Pagina's

De Vrije Universiteit en Zuid-Afrika 1880-2005 ([Deel 2]) - pagina 49

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005

Historische Reeks | 376 Pagina's