Bijzondere chemie?! - pagina 56

CHRISTELIJKE

NATUURWETENSCHAP VOLGENS

COOPS

delijk. Het groote publiek immers ziet in de natuurwetenschappen het uiterste van absoluut betrouwbaar menschelijk kennen. Zeer juist komt dit reeds uit in den veelvuldig gebezigden term: 'exacte vakken'. Hieruit spreekt de overtuiging dat deze vakken een hoogeren graad van zekerheid bieden dan alle andere, en zeker veel meer zekerheid dan de theologie, waarbij immers aan het persoonlijke geloof groote waarde wordt toegekend. Zijn nu inderdaad de 'exacte' vakken zoo volkomen exact? Vormen zij een afgesloten, zelfstandig geheel en behoeven zij nooit de hulp van andere wetenschappen in te roepen? Niets is minder waar dan dit. Immers op welke wijze komt de natuurvorscher tot zijn resultaten? Hij begint met allerlei onderstellingen te maken, of, zooals het in de practijk meestal geschiedt, hij accepteert eenvoudig onbewust deze onderstellingen. Toch vormen juist deze eerste onderstellingen de basis van de geheele bouw van zijn wetenschap. Deze grondprincipes of philosophische hypothesen nu onderscheiden zich van de voor den verderen opbouw van een wetenschap even noodzakelijke hulphypothesen daarin, dat, terwijl de laatste met behulp van experimenten en daarop gebaseerde logische redeneeringen te controleeren zijn, de eerste zich daarentegen aan elke bewijsvoering onttrekken. Is eenmaal een principe aangenomen, dan zal men dit steeds weer en in alles terugvinden, eenvoudig omdat men het er zelf van te voren ingelegd heeft. 4

Volgens Coops kwam het ook regelmatig voor, dat men wat in werkelijkheid een grondonderstelling was, met experimenten en logische deductie probeerde te bewijzen. Deze pogingen waren volgens Coops altijd succesvol: Als voorbeeld wil ik hier wijzen op de, ook in de hedendaagsche biologie nog steeds rondwarende evolutiegedachte, ten bewijze waarvoor nog altijd experimenten en cirkelredeneringen worden aangevoerd. Op deze wijze wordt het publiek - vaak volkomen ter goeder trouw - de overtuiging bijgebracht dat evolutie, in welken vorm dan ook, experimenteel en 'exact' bewezen is. In werkelijkheid is er echter niets bewezen, omdat de evolutiegedachte grondstelling is geweest van de wetenschap van den experimentator. 4

Coops gaf hiermee duidelijk aan dat volgens hem verschillend gekozen principes tot verschillende resultaten konden leiden. Er was dus geen sprake van een scherpe scheiding tussen natuurwetenschap en filosofie. De principes moesten volgens bepaalde eisen gekozen wor-

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen