Negende Jaarverslag van de Vereeniging voor Hooger Onderwijs op Gereformeerden Grondslag - pagina 70

LXVIII

deze woorden eindigde het vorige jaarverslag. Welnu God heeft aanvankelijk dezen wensch vervuld: niet 'één der candidaten onzer school heeft op een werkkring moeten wachten, integendeel, de klacht van den afgetreden rector was niet ongegrond, toen hij er op wees hoe spoedig de candidaten tot den arbeid geroepen werden. Echter de nood is groot en menigeen die voor eenige jaren wantrouwend vroege waar zullen de candidaten een plaats vinden, vraagt nu: hoe komen wij aan candidaten? Ouders, die van God de gaven ontvingt om de studiën uwer zonen te bekostigen, zult gij u nog langer laten weerhouden door schijnbare bezwaren, die later blijken niet te bestaan? Zendt ons uwe zonen met vrijmoedigheid en laat de zorg voor hun toekomst aan den Heere over, die nu reeds zóó zichtbaar toonde, dat Hij niet beschaamd doet uitkomen hen, die op Hem vertrouwen. In den naam van dien getrouwen God zij en blijve onze hulpe. In het vertrouwen op Zijn woord hopen wij te blijven voortgaan. Hij zal het op Zijn tijd en wijze volbrengen, opdat ook door onzen zwakken arbeid Zijn Naam alléén verheerlijkt worde! Amsterdam, 31 Mei 1889. W. HOVY, Voorzitter. . S. VAN HEEMSTRA. Secretaris..

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen