GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Zestiende Jaarverslag van de Vereeniging voor Hooger Onderwijs op Gereformeerde Grondslag - pagina 56

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

LIV

genoegen heeft, dit vak van hooger onderwijs aan onze Universiteit te doceeren. En dan meent spr. toch met den geachten opponent, den heer Meijer, te moeten verschillen, wanneer hij het praedicaat xclericaal" aan den eenzamen denker van vóór tweehonderd jaar niet wil toekennen. Spr. acht dit woord voor Spinoza gansch niet zoo verwerpelijk en zal zeggen waarom. Zeker biedt het woord clericaal gewoonlijk de gedachte aan van een voorstander der priesterheerschappij, liefst van den Roomschen clerus der middeleeuwen. Toch is dit slechts één van de vele vormen, waarin zich in de historie van ons geslacht, zoo in als buiten Europa, het clericalisme heeft geopenbaard, en staat dit mitsdien slechts als het bijzondere tot het algemeene. Wat toch is clericalisme anders dan de heerschappij, die één stand door zijn geestelijke meerderheid over den anderen in de maatschappij oefent. In dien zin nu was ook Plato clericaal. Of de door geestelijke meerderheid heerschende stand uit priesters dan wel uit wijzen bestaat is hier toch bijkomstig. Voor Plato moesten het de philosofen zijn. Spr. denkt hier aan zijn bekend woord uit het 5de boek der Republiek, waarin hij leeraart, dat de gebreken voor den Staat, ja voor het menschelijk geslacht eerst dan zullen ophouden en zijn ideaal-staat eerst dan het zonlicht zal zien, wanneer de wijsgeeren zullen heerschen en de heerschers echt en deugdelijk zullen philosopheeren. Nu is het ook aan den heer Meijer bekend, hoe men algemeen er op wijst, dat, afgezien weer van het bijkomstige, dit ideaal van Plato verwezenlijkt is juist in dat clericalisme, dat men gewoonlijk als zoodanig aanduidt: in den Roomschen clerus der middeleeuwen. De Staatsleer door Spinoza in zijn Godgeleerd-staatkundig vertoog voorgedragen, is, hoe ook aansluitend aan Hobbes, meer antiek dan modern en herinnert, wat de beschouwing van de Overheid betreft, aan Plato's philosophische regenten. Waar nu de Staatsleer der "Republiek" clericalisme mag heeten, ja algemeen in wat voor velen gewoonlijk clericalisme is, t. w. de heerschappij van den Roomschen clerus, geacht wordt haar verwezenlijking te hebben gevonden, daar schijnt het spr. toe, dat ook voor dé beschouwing van de Overheid, door Spinoza

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1896

Jaarboeken | 207 Pagina's

Zestiende Jaarverslag van de Vereeniging voor Hooger Onderwijs op Gereformeerde Grondslag - pagina 56

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1896

Jaarboeken | 207 Pagina's