Jaarboek 1927 - pagina 76

82 „minste verantwoordelijkheid van hetgeen hare kweekelingen in kerk, „school of staat doen of leeren het Vaderlandsche publiek toch wel ter „dege onze bedoeling naar het optreden van haar kweekelingen afmeet ,„en dat (h.i. op u de verplichting rust om voorzoover deze Universiteit „uwe Hefde bezit, niet door eigen onvoorzichtig bedrijf in moreelen zin „haar goeden naam in perikel te brengen." Ge hoort in deze woorden hetzelfde vraagstuk en dezelfde oplossing, alis u zooeven werden voorgesteld. Wanneer het studentenprobleem van groote beteekenis is voor elke Universiteit ook voor de onze, dan zal ieder het natuurlijk vinden, dat naar de verschillende zijden, die het vraagstuk heeft, elk der drie ooUeges, Directeuren onzer Vereeniging, Curatoren en Senaat er zich mee 'hebben beziggehouden. Het ligt niet op ijaijn weg van al die bemoeiingen verslag te doen. Slechts mag ik met dank aan Grod uitspreken, dat het in het afgeloopen jaar niet tot bepaalde toepassing van. het Reglement van tucht behoefde te komen, doch dat met eenige vermaningen en opmerkingen door den Rector zelf of vanwege den Senaat door .hem gegeven kon worden volstaan. Directeuren der Vereeniging voor Hooger Onderwijs op Geref. grondslag — het College verloor door de ijzeren wet der aftreding den heer W. de Vlugt, burgemeester van Amsterdam. Dankbaar herdenkt ook de Senaat, wat de heer De Vlugt voor de V. U. niet bet minst bij de in het Universiteitsgebouw aangebrachte veranderingen heeft gedaan. Gaarne zagen we zijn opgewekte beminnelijke figuur in onze officieuze samenkomsten, waar hij een aangename gast was. In zijn opvolgor, den heer J. J. G. van Dijk, oud-Minister van Oorlog, lid van de Tweede Kamer der Staten-Generaal, begroeten we een man, van wien we niet alleen weten, dat bij onze Hoogesohool hartelijk liefheeft, maar ook een man van aanpakken en durf, van wien we onder Gods zegen veel verwachten. Directeuren vertegenwoordigen de Vereeniging voor H. 0. op Geref. Grondslag, aan welke alles, wat de Vrije Universiteit gebruikt, toebehoort. Daarom mag ik op deze plaats met groote erkentelijkheid vermelden, dat het H. M. de Koningin behaagd heeft van het geschenk haar bij haar 25-jarig huwelijksfeest door Indische imigezetenen aangeboden een viertal prachtetsen van Bauer ter beschikking te stellen van de V. U. Ze zijn nu een sieraad van onze Senaatszaal. De heer Colijn, dien we het voorreoht hebben onder de Directeuren te tellen, en die altijd weer bereid is een deel van zijn kracht en tijd in dienst te stellen van de V. U., heeft zeker geen aangenaam jaar achter zich. Ondank is 's werelds loon, in welke uitdrukking men vooral in dit verband niet verzuime werelds als genetivus subjectivus op te vatten. Het ver'heugt ons, dat de groote verdiensten van den heer Colijn althans die erkenning ontvingen, dat .hij bevorderd werd tot Commandeur in de Orde van den Nederlandschen Leeuw. Weemoed vervult mij, als ik kom tot het College van Curatoren. Dr.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen