GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Jaarboek 1927 - pagina 36

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Jaarboek 1927 - pagina 36

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

Maar het is niet alleen de tijd, die dringt. We moeten, ook afgezien daarvan, voor onszelf tot een beslissing komen hoe we verder zullen bouwen. We naderen het halve eeuwfeest van ons bestaan. We gaan een kroonjaar tegemoet. Dat mag niet voorbijgaan, alsof het een gewoon jaar ware. Onze school trad bet leven in „met den UniversUeitsiiai.ajm zelve tot „blozens verlegen; aan geld arm; zeer soher bedeeld met wetenschap„pelijke kracht en aan der mensohemgunst eer gespeend dan verzadigd. „En wat dan nu haar loop, hoe lang haar leven zal zijn? O, de dui„zend vragen, die met de toekomst saamhangen, ze kunnen zich niet „sterker in uw twijfelend denikeni verdringen, dan ze gestormd „hebben in dit hart, Slechts door het telkens -weer zien op ons „heilig beginsel, hief na eiken golfslag, 'die over ons' henensloeg, „het moede hoofd zich weer even moedig uit de wateren op. Indien, „toch uit den Machtige Jacobs deze zaak niet ware, hoe zou ze stand „kunnen houden?" Zoo sprak haar Stichter in zijn rede ter inwijding onzer Universiteit den 20sten October 1880. Wat heeft den 20sten October 1930 het Calvinistisch Nederland onzer dagen dienaangaande te zeggen? Zal het klagend roepen: de moeilijkheden waren zoo talrijk en voor ons, pygmeeën, te groot; onze moed was zooveel geringer dan die van U, o mannen van '80; wij hebben verleerd uit ons heilig beginsel kracht te putten; het vertrouwen in den Machtige Jacobs heeft ons begeven. Zou zóó de stem onzer dagen mogen luiden? Maar neen, zoo mag het en zoo zal het niet worden. Waarin we dan ook achter mogen staan bij de corypheeën van voor een halve eeuw, in trouw en in toewijding behoeven we toch niet achter te blijven. Niemand van ons. Klein van kracht waren we in 1880 en zijn we nog. Ein zullen we blijven, zoolang er nog zoo velen van verre blijven staan, die mèt ons wèl de Gereformeerde Waarheid lief hebben, maar er nog niet toe besluiten konden om in dezen arbeid met ons saam op te trekken. Ook om hen op den duur te winnen, zullen we te meer in onverzwakte kracht moeten voortgaan te ijveren voor den bloei onzer Universiteit, voor het zuiver bewaren van ons beginsel bovenal. Maar ook al bleef die hoop andermaal 50 jaren onvervuld en al bleven we dus uitsluitend op onzen huldigen kring, ook voor de toekomst, aangewezen, dan nog wil het geslacht van 'heden den moed niet laten zinken; dan beluistert het uit de inwijdingsrede van Dr. K u y p e r het ontroerend woord, dat de banier aan de hand niet ontzinken zal, zoolang er nog een lijfgarde, hoe klein ook, van den door Golgotha gekroonde op deze erve leeft.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1927

Jaarboeken | 476 Pagina's

Jaarboek 1927 - pagina 36

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1927

Jaarboeken | 476 Pagina's