GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Jaarboek der Vrije Universiteit te Amsterdam 1948 - pagina 142

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Jaarboek der Vrije Universiteit te Amsterdam 1948 - pagina 142

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

138 denten dat aan de bestudering der psychologie en paedagogie de krachten wijdt. Nog is het mannelijk oir in getal het sterkst maar dat de vrouw aan de winnende hand is opent een toekomstperspectief dat ook den man-psycholoog met vreugde zal vervullen. Toch ook met zekere spanning. Heymans leidt zijn vermaard werk Die Psychologie der Frau in met de opmerking dat in 1893 te Jena verscheen van Mantegazzi Die Psychologie des Weibes, waarin deze klaagde: „wir haben voUstandige Monographien der Seidenraupe, des Maikafers, der Katze, aber über das Weib haben wir keine." De odieuze saamvoeging van „Këtze en Weib" blijft uiteraard voor rekening van Mantegazza maar Heymans laat op deze klacht volgen de uitspraak: „Met veel meer recht kon men zich beklagen over het ontbreken van monografieën over den man." Welnu, het enthousiasme waarmee de vrouw zich werpt op de studie der psychologie doet verwachten dat binnen afzienbaren tijd een „psychologie van den man" door vrouwenhand zal worden geschreven — een toekomstbeeld dat, hoe belangwekkend ook, menig man ietwat zal doen huiveren. Wel sterk heeft zich de positie der vrouw in de academische bedrijvigheid gewijzigd. Toen in 1905 de eerste vrouwelijke studente toegang tot de juridische faculteit aan de V.U. vroeg, moest een aparte Senaatsvergadering worden belegd vóór tot de inschrijving in het album discipulorum kon worden overgegaan. Op de jaarvergadering van de Vereniging voor H.O. op gereformeerden grondslag in 1906 te Middelburg gehouden, werd over het onderwerp in den brede gediscussieerd en ter verdediging van het toelaten der vrouw tot de universitaire studie werd onder meer gewezen op het feit dat niemand minder dan Gijsbertus Voetius onder zijn toehoorders telde een vrouw, Anna Maria Schuurman, zij het ook dat deze door een gordijn aan de blikken van het auditorium was onttrokken. Dat afscheidsel der oude bedeling is vervallen, zeker tot vreugde van de studenten en ook wel van de docenten. Een verrassende evolutie voltrok zich. In 1898 deden Winkler en Treub hun De vrouw en de studie verschijnen, om Hilda

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1948

Jaarboeken | 176 Pagina's

Jaarboek der Vrije Universiteit te Amsterdam 1948 - pagina 142

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1948

Jaarboeken | 176 Pagina's