1901-1902 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 16

12 plaats met de inductie aangevangen en gearbeid? I m m e r s . . . . gaat de christelijke natuurkunde niet uit van de waarneming der natuur, maar van Gods Woord, waarin toch het christelijk d. i. het absoluut beginsel der wetenschap is neergelegd als eene eeuwige waarheid, als een axioma, waaraan de onderzoeker met zijn eindig intellect niet tornen mag, en dat hem bij de beoefening der wetenschap als punt van uitgang diene — evenals de bespiegelende wijsbegeerte uitgaat van een axioma — en deductief voortgaat? Is de deductieve methode niet de voornaamste, meest gezag hebbende methode bij de beoefening der christelijke wetenschap, waarmede de beoefenaars hebben aantevangen en te arbeiden ? Zonder twijfel neen! Wie zoo de christelijke wetenschap verstaat, heeft haar nooit goed begrepen. God heeft ons twee openbaringen gegeven, als objecten van studie, met het doel om Hem te leeren kennen en te loven: Zijn Woord en de Natuur. Beide staan naast elkander, vullen elkander aan. Beide doen ons verschijnselen, feiten, waarnemingen kennen, daden Gods. Het eene is uit het verre verleden door vertrouwbare getuigenis tot ons overgebracht, het andere uit onzen tijd, door eigen aanschouwing waargenomen. Als object van studie moeten beide op dezelfde wijze door onze psj'che behandeld worden, het geschreven woord zoowel als het levende woord, de natuur. Beide moeten in hunne verschijnselen waargenomen worden, onderzocht, geschift, gerangschikt en uit het resultaat van dezen onzen psychischen arbeid moeten stellingen worden opgebouwd. Inductie en deductie zijn voor de christelijke wetenschap evenzeer noodig, als voor iedere andere wetenschap. Zoo is aan de eene zijde de geloofsleer tot stand gekomen, aan den anderen kant de natuurkunde. Beiden vullen elkander aan, vormen te zamen één geheel. Het licht van Gods Woord lichte de natuurkundige wetenschap toe, de resultaten dezer laatste doen ons Gods Woord beter verstaan. Christelijke wetenschap is dood gewone wetenschap, maar die rekening houdt met de waarheden van Gods Woord, die bij de duisternis waarvan alle wetenschap omgeven is, licht zoeke bij dat Woord. Gij weet, hoe onmisbaar bij de beoefening der wetenschap de causaUteitsband is, dien onze geest door inductie legt tusschen twee verschijnselen — een band door niemand waargenomen, maar als een noodzakelijkheid a priori vastgesteld. Wanneer een verschijnsel door een ander verschijnsel niet slechts altijd gevolgd wordt, maar de omstandigheden van dien aard zijn, dat het onder welke omstandigheden ook gebracht, er altijd door zal moeten gevolgd worden — tenzij er

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Terug naar resultaten Printen