GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

1906-1907 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 46

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

32 Dr. Keuchenius gewezen op de beweging tot oprichting van Volkssanatoria voor longlijders en de vraag gesteld, of ook van Christelijke zijde niet de hand aan den ploeg moest geslagen worden. Na eenige discussie werd een commissie benoemd, bestaande uit de Heeren Dr. V. d. Hoorn, Dr. den Houter en Dr. Keuchenius, die in de Vergadering van 26 Sept. 1899 het volgende rapporteerde : De Commissie, benoemd in de vergadering, te Utrecht 17 Juni 1.1. gehouden, in zake het oprichten van een Christelijk Sanatorium voor longlijders in Nederland, heeft de eer het volgende te berichten : 1. dat het inderdaad wenschelijk en noodig is, dat er een Christelijk Sanatorium in Nederland verrijze; 2. dat het niet direct op den weg der Vereeniging ligt, deze zaak zelve ter hand te nemen; 3. dat het haar evenwel wenschelijk voorkomt om van leden onzer Vereeniging eene oproeping te doen uitgaan tot verschillende christelijke mannen van naam in ons land ten einde over deze zaak van gedachten te wisselen. Een der leden, bij benoeming der commissie niet aanwezig, merkte op, dat de opdracht der commissie z. i. in strijd was met artikel 1 der Statuten en stelde voor het rapport, onder dankbetuiging voor den arbeid van de Commissie, voor kennisgeving aan te nemen; na een vrij lange discussie werd hiertoe besloten. Een commissie, die haar taak tot nog toe niet heeft beëindigd, is die, welke benoemd werd in de vergadering van 21 April 1897 en die ten doel had te onderzoeken, of het mogelijk was langs praktisehen weg zich een zelfstandig oordeel te vormen omtrent de uitkomsten van de homoeopathische pharmacodynamic. In deze commissie werden benoemd de Heeren Dr. Voorhoeve, Dr. v. d. Hoorn, Dr. Mulder, Dr. Ockerse, en Dr. Keuchenius. In de vergadering van 2 Augustus 1898 werden eenige mededeelingen gedaan omtrent een bijeenkomst van de commissie, werd bovendien voorgesteld Dr. Voorhoeve uit te noodigen de homoeopathic op de Vereeniging in te leiden en de Heeren Dr. D. Schermers en Dr. L. Bonman aan de Commissie te assumeeren, ten einde de homoeopathic in de gestichten praktisch toe te passen. Vervolgens werd nog wel een enkele maal naar den arbeid der Commissie geïnformeerd en de opmerking gemaakt, dat deze zoo weinig

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1907

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 238 Pagina's

1906-1907 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 46

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1907

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 238 Pagina's