1959 Geloof en Wetenschap : Orgaan van de Christelijke vereeniging van natuur- en geneeskundigen in Nederland - pagina 17

DE PSYCHOLOGIE VAN HET DOOFSTOMME KIND

5

gehouden. Doordat het geluid ons altijd omringt, worden wij voor verrassingen gevrijwaard. Van tevoren horen wij al iets aankomen. Gaat de bel, dat zijn we op de komst van een gast voorbereid. Het geluid waarschuwt ons, zodat wij op tijd onze maatregelen kunnen nemen, ons op het komende kunnen instellen. In het leven van het dove kind moet het plotselinge, onverwachte een grote rol spelen. De wereld is voor dit kind veel minder continu. Ineens staat er iemand bij het kind, die het niet heeft horen aankomen. Het dove kind kijkt tegen de gebeurtenissen om hem heen, als tegen een stomme film, zonder verklarende tekst. Dat wil dus zeggen: het moet zelf de verbanden leggen en het zal daartoe dikwijls niet in staat zijn wegens een gebrek aan levenservaring. Het ziet moeder plotseling de kamer uitgaan, maar het weet niet, dat ze dit doet, omdat de telefoon ging of omdat er gebeld werd. Het mist de „verklarende tekst" van de geluiden. Sommige geluiden in huis geven een gevoel van vertrouwdheid, het rustige tikken van de klok, maar ook het rumoer, dat moeder in de keuken maakt, terwijl het kind in de kamer is. Het ontbreken van het geluid moet voor het dove kind tengevolge hebben, dat de omgeving veel van zijn vertrouwdheidskarakter verliest, dat dit kind in zijn omgeving minder de geborgenheid beleeft dan het horende kind. In de eerste plaats zal het zich minder geborgen voelen door het feit, dat een belangrijk aanrakingsvlak tussen kind en wereld ontbreekt, n.l. het acustische en in de tweede plaats door de omstandigheid, dat er steeds onverwachte dingen gebeuren, waarvan de samenhang het dove kind niet altijd duidelijk is. Dit geldt voor het jonge dove kind meer dan voor het oudere. Het is de levenservaring, maar ook het onderwijs dat het oudere kind de verbanden steeds beter doet begrijpen en daardoor hem dus meer vertrouwd met de wereld maakt.

Hoe staat het met de intellectuele ontwikkeling van de dove? Wat betreft de verstandelijke begaafdheid treffen wij dezelfde varianten aan als bij de horenden. Er zijn zeer begaafde, middelmatig begaafde, zwakbegaafde en bepaald achterlijke dove kinderen. ' Het zal duidelijk zijn, dat wij voor het onderzoek naar de intellectuele ontwikkeling en naar de verstandelijke potentie van een doof kind geen gebruik kunnen maken van de gebruikelijke intelligentietests, omdat hier het verbale element een te grote rol speelt. De verschillende versies van b.v. de bekende test van Binet-Simon zijn on-

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Terug naar resultaten Printen